Daan Weddepohl (Peerby): 'Om winstgevend te worden moeten we nog meer groeien'

“Ik was altijd al bezig met dingen maken. Dat ging van bouwtekeningen ontwerpen op papier tot zelf barbecues in elkaar metselen in de achtertuin. Ik weet niet of ik dat ondernemen zou noemen. Het ging me er niet om of ik er geld mee kon verdienen, ik wilde gewoon iets creëren wat anderen konden gebruiken. Vrij snel na de middelbare school begon ik een eigen softwarebedrijf. Dat ging goed, we waren winstgevend en verdienden genoeg. Toch ontbrak er iets: we werkten voornamelijk in opdracht en ik merkte dat ik liever zelf iets wilde verzinnen.

Hulp vragen

“In 2009 ging ik door een pittige tijd. Er was brand in mijn appartement, mijn relatie ging uit en ik raakte mijn baan kwijt. Ik moest een beroep doen op mijn omgeving voor een logeerplek en kleding. Toen merkte ik dat er genoeg mensen bereid waren een handje te helpen, als ik er maar om vroeg. Ik besefte ook dat je niet wordt gedefinieerd door de spullen die je bezit, maar dat je gewoon kunt ‘zijn’, zonder al die materiële middelen die je ego moeten bevestigen.
Daarna liep ik een tijdje met het idee rond om iets op te zetten waarmee ik mensen binnen hun buurt met elkaar kon verbinden. Ik dacht toen aan een app waarmee ze vragen konden stellen. Pas toen ik het boek What’s mine is yours las, waarin Rachel Botsman de opkomst van de deeleconomie beschrijft, wist ik dat het een leenwebsite moest worden.

Een mentor zei: ‘Businessplannen? Dat zijn artefacten uit het verleden, ik lees ze niet meer’

“Peerby bestaat nu vijf jaar. Overal ter wereld kunnen mensen een oproep doen om iets te lenen van de buurman, van boormachine tot bakfiets. We hebben een kwart miljoen gebruikers en onze grootste markten zijn Nederland, België en de Verenigde Staten. Winstgevend zijn we nog niet, daarvoor moeten we eerst nog meer groeien. Het is onzin dat je eerst een goed verdienmodel moet hebben voordat je gaat ondernemen. Een van onze mentoren bij het Amerikaanse acceleratorprogramma Techstart zei: ‘Businessplannen? Dat zijn artefacten uit het verleden. Ik lees ze niet meer.’ Ik denk dat dat voor veel investeerders geldt.
“We hebben sinds onze lancering in 2012 uit veel verschillende bronnen geld opgehaald. Ik ben altijd bezig met de vraag hoe ik de weg naar succes kan financieren, of dat nou via subsidies, prijzengeld of investeringen gebeurt. Elke partij gelooft om zijn eigen redenen in ons platform, maar de belangrijkste zijn de duurzame en sociale impact die we hebben. Iedere keer dat je iets deelt, verklein je de kans dat er iets gekocht wordt. Daardoor besparen we enorme hoeveelheden afval, benzinegebruik en CO2-uitstoot. En als iemand iets leent op Peerby, ontmoet hij een buurman of buurvrouw die hij anders misschien niet was tegengekomen. Dat versterkt de sociale cohesie in wijken.

Sociale missie

“De consumptiemaatschappij is al onze natuurlijke bronnen aan het uitputten. De grote vraag is: wat doen we als alles op is? Ik probeer een oplossing te bieden die ervoor zorgt dat we in de toekomst minder hoeven te verspillen. Ik merk dat het soms moeilijk is onze sociale missie te combineren met het neerzetten van een succesvolle onderneming. Mensen zijn behalve sociale dieren ook gemaksdieren. Ze vinden het leuk om een praatje te maken met de buurman, maar willen soms ook even geen gezeur aan hun hoofd. En dan bestellen ze toch liever een pakketje op Bol.com dat er de volgende dag is. Om beter te kunnen concurreren met de lineaire economie hebben we daarom de huurvariant Peerby Go opgezet, waarbij mensen voor een klein bedrag datzelfde gemak krijgen als ze iets lenen.

De Praxis zei: wij vinden het van de zotte dat iedereen een eigen boormachine zou moeten bezitten

“Uiteindelijk hopen we met Peerby ook fabrikanten te motiveren om op een nieuwe manier te produceren. Nu zitten we met zijn allen  in een negatieve spiraal: bedrijven moeten zorgen dat hun producten niet te lang mee gaan, zodat consumenten ze blijven kopen. Dat willen we bij Peerby veranderen door te zorgen dat er een nieuwe keten ontstaat van producten die worden betaald naar gebruik, en niet in één rechte lijn van de mijn naar de afvalberg worden verplaatst, zoals nu gebeurt. Ambitieus? Misschien. Maar tot nu toe krijg ik vooral positieve reacties. De Praxis zei zelfs: wij vinden het van de zotte dat iedereen een eigen boormachine zou moeten bezitten. Ik denk ook dat het een kans is voor iedereen die met passie zijn werk uitvoert. Want als jij met hart en ziel iets maakt, dan wil je toch dat het een heel mooi product is?”

Meer ondernemers:

Taco Carlier (Vanmoof): ‘Wacht niet op dat gouden idee, begin gewoon’
Jitse Groen (Thuisbezorgd.nl): ‘Dat iets niet kan, daar hoef je bij mij niet mee aan te komen’