Lang leve de journalistiek?: een bewogen debat over de toekomst van de sector

Nieuws | Nieuws

In de Rode Hoed in Amsterdam vond maandagavond ‘Lang leve de journalistiek?’ plaats. Vijf panelleden werden bevraagd door Clairy Polak en elkaar. De aanwezigen: Ernst-Jan Pfauth (uitgever De Correspondent), Ad van Liempt (oud-hoofdredacteur NOVA), Peter Vandermeersch (hoofdredacteur NRC Handelsblad), Xandra Schutte (hoofdredacteur De Groene Amsterdammer) en Sjuul Paradijs (oud-hoofdredacteur De Telegraaf).CaIPSWeWQAAkS6-

Die laatste trapt af met een grauwe analyse: de inkomstenbronnen in de journalistiek verschrompelen, en daarmee is de klassieke journalistiek op zijn retour. Paradijs vertelt even later dat er een commerciële variant voor in de plaats komt, waar hij zelf ondernemer in wordt: eigen newsrooms bij bedrijven. “Het bestaat al volop. Klassieke media zijn het monopolie op bereik kwijt. Steeds meer bedrijven, politieke partijen en voetbalclubs zetten hun eigen newsroom op. Zelfs het CBS heeft een eigen mediakanaal.” Dus Paradijs gaat de journalistiek helpen marginaliseren, vraagt Polak? “Nou, er is ook werk voor journalisten in te vinden.”

Klassieke media zijn het monopolie op bereik kwijt

Vandermeersch reageert cynisch op de plannen van Paradijs. “Als Ajax zijn eigen kanaal heeft, zal alles geweldig zijn aan Ajax, en op het kanaal van minister Timmermans staat vast dat hij altijd gelijk heeft.” Commerciële newsrooms zijn volgens Vandermeersch geen vervanging voor de huidige journalistiek. “Een beetje arrogant oud denken”, vindt Paradijs dat op zijn beurt. “Andere collectieven nemen de rol van de journalistiek over. Dat kun je erg vinden, maar de samenleving heeft nu eenmaal steeds minder geld over voor onafhankelijke journalistiek.”

Ook Van Liempt heeft zijn twijfels. “Beschouw jij de kijker en lezer niet als buitengewoon dom?”, vraagt hij Paradijs. “Mijn zorg is dat jij de consument onderschat. Dat je denkt dat die tevreden is met zulke newsrooms.” Pfauth zou later op de avond opmerken dat Paradijs de ‘strijd’ heeft opgegeven.

Gaat het echt zo slecht?

En zo wordt men het over meer dingen niet eens. Bijvoorbeeld over het uitgangspunt van de avond, dat de journalistiek onder druk staat. Dat beeld verdient volgens Vandermeersch nuance. “NRC wordt meer gelezen, heeft meer redacteuren en genereert meer omzet dan vijf jaar geleden. De terugloop van de gedrukte krant wordt vervangen door mensen die voor de digitale producten willen betalen”, zegt hij. Ook met de Volkskrant en Trouw gaat het volgens de Belgische hoofdredacteur relatief goed. Schutte laat weten dat De Groene evenmin in de verdrukking zit: het blad houdt zich in de intellectuele niche goed staande.

Van Liempt neemt wel het woord ‘crisis’ in de mond, maar dan aangaande de regionale journalistiek. Over de hele lijn is hij gematigd positief: Van Liempt wijst erop dat het NOS Journaal nog steeds “verbazingwekkend hoge kijkcijfers” heeft, en dat doemscenario’s zelden uitkomen. “Gewoontes als het Journaal kijken zitten nog erg in het patroon van mensen.”

Paradijs blijft erbij dat het een verloren zaak is. “Als je hoort wat jonge journalisten verdienen per dagdeel, kunnen ze beter taxichauffeur worden of zelfs gaan vakkenvullen in de Albert Heijn.” Hij wijt dat onder meer aan disruptie door initiatieven als Blendle. “De ontbundeling van content door Blendle en dergelijke is een bedreiging voor de klassieke merken. Er wordt vet van ze afgeschraapt.” Maar Vandermeersch heeft andere ervaringen. “De inkomsten uit Blendle vormen 0,1 procent van onze totale omzet. Wij kunnen er omgerekend twee redacteuren van betalen.”

Journalist als wegwijzer

Na veel statements over en weer, neemt Polak de regie weer over. Zij wil van het vijftal weten of journalisten nog het vermogen en de bereidheid hebben om te duiden en te checken. Zijn journalisten nog wegwijzers? Of laten ze, in het nauw gebracht door de digitalisering, hun oren teveel hangen naar wat het publiek wil?

Laat die politici maar hun eigen nieuws op Facebook verspreiden, dan houden journalisten de tijd over om het belangrijke werk te doen

Pfauth merkt op dat journalisten niet meer onmisbaar zijn. “Vroeger belde je als politicus of beroemdheid een journalist op als je iets te melden had. Als Lodewijk Asscher nu een mening over Zwarte Piet heeft, belt hij niet Peter (Vandermeersch) om een opiniestuk te plaatsen, maar schrijft hij een post op Facebook.” Schutte ziet ook dat journalisten steeds vaker omzeild worden, maar schetst dit als een blessing in disguise. “Laat die politici maar hun eigen nieuws op Facebook verspreiden, dan houden journalisten de tijd over om het belangrijke werk te doen.”

Polak stelt dat het door disruptie in het medialandschap moeilijker wordt om te weten wat je als burger nog moet geloven. Vandermeersch is het daar niet mee eens. “Journalisten checken nog steeds feiten, net als vroeger.” Hij noemt het voorbeeld van de misser van Frans Timmermans over vluchtelingen. “Alle grote kranten zijn daar op gedoken en hebben laten zien dat die cijfers niet klopten.”

Pfauth zegt het nog sterker: veel journalisten checken juist méér dan vroeger. “Juist omdat mensen het willen, omdat het goed verkoopt.” Op dat moment komt Paradijs scherp in. “Onzin, wat deze meneer zegt.” Volgens Paradijs is de autoriteit van professionele journalisten tanende en komen veel Nederlanders nauwelijks verder dan Facebook als het gaat om het opdoen van informatie. Het is de eerste uit een reeks speldenprikken tussen Paradijs en Pfauth.

‘Lang leve de journalistiek?’ werd door de Rode Hoed aangekondigd als een socratisch gesprek: “dus niet om een gelijk te halen, maar om in samenspraak een thema te doorgronden”. Het werd uiteindelijk een combinatie van beiden – met over het geheel een verrassend optimistische toon.

Menno van den Bos deed live verslag van het debat via ons Twitter-account

Foto: de Rode Hoed, André van Bortel

Nieuwsbrief

Ontvang ons laatste nieuws
Hidden
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.