Brief aan de informateur
Nieuws |Den Haag, 4 mei 2017
Geachte informateur, mevrouw Schippers,
We leven in een wereld waar frustratie en wantrouwen nadrukkelijk onderdeel zijn geworden van de samenleving. Dat leidt soms tot keuzes die worden afgedwongen door boosheid en onbegrip. Dergelijke keuzes leiden zelden tot positieve nieuwe ontwikkelingen. Het lijkt geen gewaagde veronderstelling dat gebrek aan kwalitatief goede, onafhankelijk informatie daarbij een rijke voedingsbodem biedt.
Het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek helpt bestaande en nieuwe media bij het zoeken naar nieuwe wegen om ervoor te zorgen dat journalistiek een vitale plaats houdt in het nieuwe ecosysteem van nieuws en informatie. Nadrukkelijk dus niet door het bestaande te beschermen, maar door een open oog te hebben voor nieuwe ontwikkelingen op gebied van techniek, organisatie en mediagedrag.
We doen dat door innovatieprogramma’s aan te bieden, door onderzoek te (laten) doen en door wegen te vinden om kennis over media en innovatie te vinden en te delen. Een opvallende recente activiteit is het op- en inrichten van vier samenwerkingsverbanden tussen lokale en regionale media-partijen, die ook plaats moeten bieden aan jonge ondernemers en studenten op gebied van journalistiek, design, techniek of gaming.
We zien een wereld ontstaan waarin social media, algoritmes en de beschikbaarheid van data een steeds belangrijker rol spelen. Maar ergens in dat krachtenveld zal behoefte blijven aan berichtgeving die komt uit een onafhankelijke bron; berichtgeving die is gecheckt, berichtgeving die niet is ontstaan uit belangenbehartiging (of winstmaximalisatie), maar op basis van waarheidsvinding.
Het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek heeft een scenariostudie laten uitvoeren, waarin één van de scenario’s een medialandschap beschrijft dat wordt gedomineerd door giganten als Google en Facebook; partijen die niet één redacteur in dienst hebben, maar niettemin bepalend zijn voor de wijze waarop we informatie krijgen aangeboden (en het geld dat daarmee wordt verdiend). Het scenario beschrijft de situatie in 2025, maar in feite zijn we daar al aangeland.
We hebben daarna ‘de sector’ uitgenodigd om mee te denken over acties die ondernomen kunnen worden om de informatievoorziening in een klein taalgebied als het onze richting te geven op een wijze die ruimte laat aan goede, betrouwbare berichtgeving. De punten die daarbij aan de orde zijn gekomen hebben we aangeboden aan de staatssecretaris, die de brief gebruikt bij het formuleren van een opdracht voor het door hem toegezegde onderzoek naar de toekomst van de journalistiek.
Verwacht mag worden, dat het onderzoek tenminste zal aangeven, dat ons land alle zeilen moet bijzetten op gebied van innovatie, onderzoek en kennisdeling; juist de zaken waarmee het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek zich de afgelopen jaren scherp heeft geprofileerd. Het zou goed zijn als het Fonds daarvoor in financiële zin meer ruimte krijgt. Op dit moment werkt het fonds met een jaarlijkse dotatie van het ministerie van OCW van 2.1m. Wij pleiten ervoor dat bedrag tenminste te verviervoudigen. Dat is nog altijd een bescheiden bedrag als het wordt afgewogen tegen het belang dat op het spel staat, maar het betekent op z’n minst dat het fonds niet langer op voornoemde terreinen de soms benauwde keuzes moet maken die nu door de beperkingen van het budget worden ingegeven.
Uit alle gesprekken en contacten die wij hebben met bestaande en – vooral – nieuwe partijen op mediagebied, blijkt dat het fonds wordt gezien als een betrouwbare en kundige partner bij bestaande en nieuwe media-partijen. Dat betekent iets in een krachtenveld waar belangen, inzichten en ideologieën doorgaans schuren en niet zelden haaks op elkaar staan. Het Fonds is erin geslaagd ie belangen van publieke en private mediapartijen, omroepen, dagbladen en online-initiatieven te kanaliseren, waar we dankzij de scenariostudie met elkaar hebben vastgesteld dat het snel veranderende medialandschap eigenlijk iedereen dezelfde uitdaging biedt: hoe waarborgen we een betrouwbare nieuwsvoorziening in dit land (waar we ook zelf nog een mate van regie over voeren).
Het zou goed zijn om beter gebruik te maken van die unieke positie die het fonds heeft. Wij hopen daarom dat dit onderwerp tijdens de (in-)formatieperiode de aandacht krijgt die het verdient.
Bestuur en directie van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek