Regionale radiozenders verliezen terrein, maar bereik tv-zenders blijft stabiel

Nieuws |

De regionale omroep heeft nog steeds een stevige positie, zowel op het gebied van radio als bij televisie. De belangstelling van radioluisteraars neemt echter wel gestaag af. Verschillen tussen regio’s zijn groot: in Groningen, Friesland en Zeeland is de regionale omroep populairder dan in de Randstad.

Radio

Het marktaandeel van de regionale radio is in 2018 onder de 9 procent gezakt, tot 2006 was het nog meer dan 15 procent. Daarna daalt het marktaandeel vrijwel elk jaar. In 2019 betekent zo’n marktaandeel overigens nog wel een plek in de top-5 na Radio 2, 538, Radio 10 en Qmusic volgens de meest recente gegevens van het Nationaal Luisteronderzoek.

regionale radio
Gemiddeld marktaandeel regionale radio, 2001-2018, bronnen: jaarverslagen ROOS/RPO

Het ‘gemiddelde’ is opgebouwd uit uiteenlopende scores. In Groningen wordt een aandeel behaald dat tweemaal zo hoog is als het gemiddelde terwijl ook Friesland en Zeeland relatief hoog scoren. Randstedelijke omroepen als West en NH (Noord-Holland) hebben relatief lage marktaandelen. Het onderscheid tussen de Randstad en de rest van Nederland is niet absoluut: er zijn ook omroepen buiten de Randstad die onder het gemiddelde scoren, zoals Omroep Brabant. In Flevoland is het aantal ondervraagden in 2018 te klein om een uitspraak over het marktaandeel te doen, in de voorgaande tien jaar had Omroep Flevoland een marktaandeel van minder dan 5 procent.
regionale radio
Marktaandelen (in procenten) 2018 regionale radio, bron jaarverslagen ROOS/RPO

De dalingen van het marktaandeel zijn ook per omroep zichtbaar (als je van de spaghetti in de grafiek chocola kan maken). Radio Noord had ooit een marktdeel van 35 procent, Omrop Fryslân een marktaandeel van 25 procent. De daling in de 21e eeuw is bij vrijwel alle omroepen zichtbaar. De uitzondering is Radio M (Utrecht) waar een stijgende lijn zichtbaar is.
regionale radio
Marktaandelen regionale radio per zender, 2001-2018, bron: jaarverslagen ROOS/RPO

Televisie

Regionale televisie bereikt volgens de Stichting Kijkonderzoek (SKO) zo’n 30 procent van de Nederlanders per week en het dubbele per maand. De gegevens tussen 2010 en 2016 betreffen ‘1 minuut aaneengesloten gekeken’ en laten in die periode een daling zien. In 2017 is men op een nieuwe methode overgestapt: ‘1 seconde gekeken.’ Uiteraard stijgt het weekbereik. In 2018 is het bereik zowel op week- als maandniveau licht gestegen. Per week kijken vijf miljoen Nederlanders van 6 jaar of ouder wel eens naar de regionale omroep, op maandbasis gaat het om 9,4 miljoen.

regionale radio
Maand- en weekbereik regionale tv, 2010-2018, bron: SKO

De laatste vijf jaar laten regionale omroepen hun tv-bereik ook door Motivaction meten. Daar wordt een andere methode gebruikt: een grotere steekproef en een andere doelgroep (18-75 jaar, SKO meet iedereen van 6 jaar en ouder). Dat resulteert in een hoger bereik. In de jaren dat Motivaction metingen deed (2014-2018) steeg het gemiddelde weekbereik eerst tot 45 procent in 2017 maar was in 2018 weer 43 procent. Deze cijfers zijn fors hoger dan de resultaten van de SKO-metingen. Omdat per omroep gerapporteerd wordt, is ook duidelijk dat het bereik buiten de Randstad hoger is (Noord, Limburg, Zeeland, Friesland) dan in Noord- en Zuid-Holland, Flevoland en Utrecht.
regionale radio
Weekbereik regio-tv 2018 per zender, bron: Jaarverslag RPO (onderzoek Motivaction)

Sinds 2008 is het aandeel van de groep 65-plus bij de kijkers naar regio-tv gestegen van 30 naar 55 procent. In 2018 was minder dan 15 procent van de kijkers jonger dan 50, in 2008 was dat 36 procent. In 2018 is 6 procent van de kijkers onder de 35.
regionale radio
Profiel kijker regionale tv, 2008 – 2018, bron: SKO-jaarrapporten

Online

In 2011 worden de gezamenlijke websites van de regionale omroepen 200 miljoen bezocht, in 2018 is dat gestegen tot 1,6 miljard. Sinds 2017 worden de bezoekers ‘via NOS’ extra gerekend. De RPO drukt het bezoek echter uit in de nogal ongebruikelijk eenheid ‘bezoeken per jaar’. Een geaccepteerde standaard is de NOBO-rapportage van VINEX die in ‘unieke gebruikers’ per maand rekent en waar bovendien onderscheid gemaakt wordt tussen verschillende platformen. De cijfers van de regionale omroepen zijn dus onvergelijkbaar met die van mediamerken die wel in NOBO participeren.

regionale radio
Bezoeken online (in miljoenen per jaar) regionale omroepen 2008-2018, bron: jaarverslagen ROOS/RPO

Staf en exploitatie

De personele bezetting van de omroepen is de afgelopen jaren teruggelopen van ruim 1400 fte’s in 2006 tot minder dan 1200 fte’s in 2018. Tussen 2010 en 2016 daalt het aantal mensen dat werkt bij de regionale omroep met 17 procent, sinds dat jaar heeft het personeelsbestand gestabiliseerd. Drie omroepen (Gelderland, Noord-Holland en Brabant) hebben in 2018 een personeelsbestand van meer dan 100 fte’s. Alle andere omroepen zitten onder de 100, Drenthe (72) en Flevoland (65) zijn het kleinst.

regionale radio
Personele bezetting regionale omroepen 2006 – 2018, bron: jaarverslagen ROOS/RPO

 

Nieuwsbrief

Ontvang ons laatste nieuws
Hidden
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.