Wat zegt de wetenschap? | Feitelijke reacties van journalisten vergroten participatie van reageerders
Nieuws | NieuwsZo kunnen journalisten het best reageren op onbeleefde gebruikersreacties
Je kan bijna geen reactiebord op een nieuwswebsite bekijken of je vindt ze: onbeleefde en/of grove gebruikersreacties. Optimistische wetenschappers benadrukten bij de opkomst van het internet vaak het democratische potentieel van online media, vanwege de mogelijkheid tot open discussie, maar het ruwe gedrag van ‘reaguurders’ staat volledige participatie al tijden in de weg.
Eerder onderzoek suggereert dat nieuwsorganisaties dit probleem kunnen tackelen door reacties te modereren en gebruikers te verzoeken om zich beschaafder te gedragen. Marc Ziegele en Pablo Jost voegen daar in dit artikel aan toe dat verschillende soorten reacties van journalisten uiteenlopende effecten hebben op de mening die gebruikers hebben over de discussiesfeer, de geloofwaardigheid van het medium, de kwaliteit van de verhalen en uiteindelijk hun bereidwilligheid om deel te nemen aan discussies.
Feitelijke reacties van journalisten op reageerders vergroten de gebruikersparticipatie
Uit hun online experiment blijkt dat feitelijke reacties van journalisten indirect de gebruikersparticipatie verhogen. Ze geven de gebruiker namelijk het gevoel dat er sprake is van een open discussie. Sarcastische reacties, daarentegen, leiden indirect tot minder participatie en een lagere geloofwaardigheid van het medium en een slechtere evaluatie van de verhalen die het maakt. Wel verhogen sarcastische reacties van journalisten de entertainmentwaarde die gebruikers toekennen aan discussies.
Not Funny? The Effects of Factual Versus Sarcastic Journalistic Responses to Uncivil User Comments. Marc Ziegele & Pablo Jost. Communication Research, oktober 2016.
Hoe publieke en commerciële zenders verschillen in hun berichtgeving over immigratie
Door een verschil in verdienmodellen kennen publieke en commerciële nieuwsorganisaties hun eigen logica. In dit onderzoek bekeken Laura Jacobs, Cecil Meeusen en Leen D’Haenens wat de gevolgen van deze dualiteit zijn voor de Vlaamse televisieverslaggeving van immigratie.
Dit deden zij eerst via een grootschalige inhoudsanalyse van 1630 Vlaamse nieuwsuitzendingen. De resultaten hiervan tonen aan dat zowel de publieke als commerciële omroep een overwegend negatieve toon aanslaan over immigratie en dat hun berichtgeving veel overeenkomsten vertonen. Toch bevatten commerciële journaals meer sensatie en tabloid-achtige termen dan hun publieke tegenhangers, die iets meer gebalanceerd berichten over het onderwerp.
Sensationelere berichtgeving neigt ernaar problemen groter te maken, wat leidt tot een negatievere blik
In het tweede deel van het onderzoek bekeek het drietal of de voorkeur voor een bepaald journaal gepaard gaat met een andere mening over immigranten. Hieruit blijkt dat mensen die liever een commercieel journaal bekijken negatiever zijn over immigranten. De onderzoekers verklaren dit verschil door het eerder vastgestelde verschil in de inhoud van de zenders: sensationelere berichtgeving neigt er naar om problemen groter te maken, wat in dit geval leidt tot een negatievere blik op immigratie.
In het kader van het debat rond de publieke waarden van publieke mediadiensten in Europa, concluderen Jacobs, Meeusen en D’Haenens dat publieke omroepen het potentieel hebben om tolerantie te bevorderen en gebalanceerde informatie te bieden omdat zij makkelijker kiezen voor een normatieve blik boven marktwerking. De link tussen nieuwsverslaggeving en het verschil in houding tussen commerciele en publieke kijkers is volgens hen een interessante kwestie voor toekomstig onderzoek.
News coverage and attitudes on immigration: Public and commercial television news compared. Laura Jacobs, Cecil Meeusen en Leen D’Haenens. European Journal of Communication, september 2016.
Dit is de invloed van adverteerders op de nieuwsselectie van journalisten
Een belangrijke afweging die journalisten maken bij het selecteren, produceren en verzenden van hun berichtgeving, is de nieuwswaarde die zij toekennen aan het verhaal. De nieuwswaardetheorie stelt daarom dat de selectie van onderwerpen die in het nieuws komen, gebaseerd is op een afweging tussen verschillende waarden en belangen die door nieuwsorganisaties en journalisten relevant worden geacht. Voorbeelden van nieuwswaarden zijn de culturele en geografische nabijheid en de bekendheid van het onderwerp of de betrokken persoon.
Aan de hand van de nieuwswaardetheorie kun je de kans voorspellen dat journalisten een verhaal selecteren voor publicatie. In deze nieuwsbeslissingen kan ook het verdienmodel van een krant meespelen, waardoor redacteuren worden aangemoedigd een persbericht van een adverteerder mee te nemen, ongeacht de ‘scheiding tussen kerk en staat’.
Advertentiebelang verklaart de lengte en de toon van berichten, maar het is geen universele nieuwswaarde
Sterker nog, voor businessjournalistiek worden persberichten van bedrijven een steeds belangrijkere nieuwsbron. Deze studie van Juliane Lischka, Julian Stressig en Fabienne Bünzli combineert nieuwswaarden en het belang van advertentie-inkomsten om de verslaggeving te voorspellen van persberichten van banken in Zwitserse kranten die gedeeltelijk en volledig afhankelijk zijn van advertentie-inkomsten.
Uit de resultaten komt naar voren dat advertentiebelang de verslaggeving kan verklaren als het gaat om de lengte en de toon in sommige gevallen, maar dat het niet kan worden gezien als een universele nieuwswaarde. Pr-materiaal wordt ook niet gebruikt als een redactionele toevoeging aan het nieuws.
Wel blijkt dat grotere bedrijven succesvoller zijn in het onder de aandacht brengen van hun persberichten, maar: hun artikelen bestaan voor grotere delen uit non-pr-materiaal. Om die reden concluderen Lischka, Stressig en Bunzig dat er meer sprake is van redactionele onafhankelijkheid dan van copy-paste gedrag.
News about newspaper advertisers: To what extent can corporate advertising budgets predict editorial uptake and coverage of corporate press releases? Juliane Lischka, Julian Stressig & Fabienne Bünzli. Journalism, September 2016.