Visuele bijsluiter bij datasets voor journalisten

Nieuws | Nieuws

Snapstat werd bedacht door I hate statistics, een jong bedrijf uit Amsterdam dat mensen helpt meer inzicht te krijgen in statistiek. I hate statistics bestaat ongeveer twee jaar en is vooral actief op hogescholen en universiteiten. Toen oprichters Pim Bellinga en Thijs Gillebaart op zoek gingen naar een breder publiek, leek samenwerken met de journalistiek voor de hand te liggen. “We wilden in eerste instantie lezers van bepaalde media helpen statistiek beter te begrijpen”, legt Bellinga uit. Hij sprak onder andere met Maarten Lambrechts en Maarten Keulemans over dit idee. “Zo kwamen we erachter dat veel journalisten zelf nooit les hebben gehad in statistiek. Ze raadden ons aan bij de journalistiek te beginnen, niet bij het publiek. Journalisten zijn immers de poort naar de lezer.”

Naar de mediaan kijken

Het idee is simpel. Als een onderzoeksinstelling zoals het CBS een dataset publiceert, voegt het team van I hate statistics een korte productie met uitleg toe. Deze zogenaamde visuele explainer zet de inhoud van de dataset binnen een paar minuten uiteen. Waar nodig worden statistische begrippen uitgelegd. “Neem een dataset met de inkomens van alle Nederlanders. Volgens zo’n set ligt het gemiddelde inkomen waarschijnlijk veel hoger dan jouw of mijn jaarsalaris. Dat betekent niet dat wij relatief weinig verdienen, de honderd rijkste Nederlanders tillen het gemiddelde gewoon flink omhoog. Wij leggen journalisten in onze explainer uit dat ze bij dit voorbeeld misschien beter naar de mediaan kunnen kijken, omdat dit soort datasets heel vatbaar zijn voor uitschieters. Snapstat is een soort visuele bijsluiter”, legt Bellinga uit.

Als journalisten data beter begrijpen, kunnen ze kritischer kijken en zelf conclusies trekken

Journalisten die gebruik maken van de data van onderzoeksinstellingen lezen nu vaak de interpretaties die de instellingen zelf bijvoegen. “Zo’n interpretatie staat vol vaktermen. Dat zorgt ervoor dat journalisten in veel gevallen een deskundige bellen om de data te interpreteren. Als journalisten de data zelf beter begrijpen, kunnen ze kritischer naar de data te kijken en zelf conclusies te trekken. Dit zorgt voor meer onafhankelijkheid”, meent Bellinga.
Het team van Snapstat voert gesprekken met journalisten en onderzoeksinstellingen om erachter te komen welke datasets relevant zijn voor de journalistiek. Ze hopen daarom op veel input vanuit de journalistiek. Journalisten kunnen het team via de mail om uitleg bij een dataset vragen. Als andere journalisten dit thema ook relevant vinden, wordt er een explainer gemaakt.

Van Peilingen.moe naar prototype

Op dit moment werkt I hate statistics aan een prototype van Snapstat. “Een goed prototype helpt ons bedrijven te overtuigen van ons plan en Snapstat op langere termijn voort te zetten. Op dit moment verwijzen we naar Peilingen.moe als mensen vragen hoe Snapstat er concreet uit gaat zien. Wij willen iets vergelijkbaars maken, maar dan korter”, aldus Bellinga.
Naast het runnen van I hate statistics en het bouwen van dit prototype bereiden Bellinga en zijn collega’s zich op dit moment voor op een bezoek aan het UN Data World Forum. Tijdens dit evenement geeft het team een workshop en legt het contact met journalisten, deskundigen en geïnteresseerden. “Het is een mooie gelegenheid om Snapstat aan nog meer mensen voor te leggen.”

De weg naar duurzame relevantie

I hate statistics wil met Snapstat binnen een jaar vijfduizend mensen helpen statistische gegevens beter te begrijpen. Dit doet het team onder andere door samen te werken met Sanne Blauw van de Correspondent. “Het doel van die samenwerking is een voorbeeld creëren voor andere partijen en journalisten. We hopen dat ze zo het belang van meer kennis over statistiek zullen inzien en interesse zullen krijgen in Snapstat.”
Zelfs als alle Nederlandse journalisten bedreven raken in het werken met statistiek, zit het werk van Bellinga er niet op. “Werken met statistische gegevens is niet eenvoudig, je moet er regelmatig mee werken om het goed onder de knie te krijgen”, meent hij. “Ik verwacht natuurlijk wel dat journalisten steeds meer verstand zullen krijgen van statistiek, vooral de nieuwe generatie. Veel journalistiekopleidingen besteden aandacht aan datajournalistiek.” Toch verwacht Bellinga dat Snapstat en I hate statistics ook in de toekomst relevant zullen blijven. “Er valt altijd wat te leren.”
Foto: Pim Bellinga en Thijs Gillebaart
 

Nieuwsbrief

Ontvang ons laatste nieuws
Hidden
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.