Het homescreen van Lex Runderkamp: ‘Heerlijk dat technologie steeds kleiner en lichter wordt’
Nieuws |Lex Runderkamp is algemeen verslaggever voor de NOS. Afgelopen jaar deed hij onder meer verslag vanaf het door orkaan Irma verwoeste Sint-Maarten. Vorige week bracht hij de korte documentaire De ogen van Aleppo uit, een portret van drie jonge fotografen uit Syrië.
Ik kijk naar jouw homescreen en denk: die houdt van nieuwe technologie.
‘Klopt, ik ben al lang bezig met het gebruiken van nieuwe techniek. Het begon in het midden van de jaren negentig. Toen heb ik voor de VPRO Een Virtueel Gesprek gemaakt, een cd-rom waarop luisteraars zelf een gesprek konden samenstellen uit verschillende interviews. In die tijd was dat heel vooruitstrevend. Ook deed ik in die tijd al regelmatig verslag uit het buitenland en daardoor ben ik me ook gaan verdiepen in nieuwe technologie. Zo belde ik in die tijd vanuit de Gazastrook in op mijn Amsterdamse internetprovider om dingen naar Hilversum te sturen. Naast mijn tv-werk kon ik voor het eerst ook dagelijks een blog sturen met foto’s voor VPRO-internet, dat net was uitgevonden. Ik heb zelf helemaal moeten uitzoeken hoe je dat technisch allemaal moest doen. Die fascinatie heb ik altijd gehouden. Toen de eerste iPhone uitkwam in 2007, moest ik die ook gelijk hebben, nog voordat ie in Nederland uitkwam.’
Je hebt veel reportages gemaakt vanuit het buitenland. Is het werken daar veranderd, nu je zoveel kunt met mobiele telefoons?
‘Als ik in het buitenland aankom, stop ik gelijk een lokale simkaart met een goedkoop datapakket in mijn telefoon. Internet is zoveel belangrijker geworden dan bellen. Ik sta de hele dag in contact met redacteuren van de NOS, vaak via Whatsapp. En als ik wil bellen gebruik ik Skype for Business. Daarmee kan ik in de hele wereld bellen alsof ik in Hilversum ben. Ik hoef alleen de extensienummers van de NOS in te typen.’
Je twitterde onlangs dat je om privacyredenen van Whatsapp naar Signal overstapt. Ben je van gedachten veranderd?
‘Voor vertrouwelijke gesprekken gebruik ik Signal en een andere app die Wickr heet. Het liefst zou ik stoppen met Whatsapp, maar heel veel mensen in mijn omgeving gebruiken het. Dan kan ik wel stoer zeggen “ik doe het niet meer”, maar dan snij ik heel veel informatie weg.’
Hoe doe je je werk in gebieden zonder mobiel internet?
‘Dat gebeurt me niet zo vaak. De laatste keer was in Aleppo, zo’n anderhalf jaar geleden. In zo’n geval moet je met Hilversum overleggen via satelliettelefoon. Als ik live in de uitzending wil, of ik wil een reportage uploaden, dan gebruik ik de BGAN, een satellietapparaat ter grootte van een laptop. Bij dat apparaat hoort ook een smartphone-app om de lucht te scannen zodat je kunt zien waar de satelliet is. Op die manier kun je een plek uitkiezen waar je goede verbinding hebt, zonder dat er gebouwen in de weg staan.’ (zie hier in een filmpje hoe Lex Runderkamp BGAN gebruikt in Aleppo).
Steeds meer verslaggevers maken hele reportages met hun mobiele telefoon. Jij ook?
‘Meestal gebruik ik nog een echte camera, die zijn nog steeds een stuk beter. Maar laatst heb ik bij een demonstratie van Iraakse asielzoekers mijn eerste volledige reportage gedraaid met mijn telefoon, waarbij ik een gimbal (een stabiliserende camerahouder) gebruikte voor steady shots. Volgens mij had niemand in de gaten dat ik alles met een iPhone gemaakt had. Voor liveverbindingen gebruik ik al langer mijn iPhone en een 4G-verbinding. Daarvoor gebruik ik de app LiveU, dan kunnen ze me in Hilversum live inprikken in de uitzending. Bij 4G is de beeldkwaliteit minder dan bij satelliet, maar het is inmiddels echt volwaardig voor tv. Niemand die er over klaagt.’
Je houdt een Pinterest-pagina bij over hardware die je als camjo gebruikt. Wat is je nieuwste speeltje?
‘Ik heb sinds dit jaar een drone, een DJI Spark. Deze zomer heb ik daar mijn eerste beelden mee geschoten voor de NOS.’
Hoe zie je het vak van tv-verslaggever de komende jaren veranderen?
‘De technologie voor filmen wordt alsmaar kleiner en lichter. Ik vermoed dat je over een paar jaar echt alleen nog maar met een smartphone op pad kunt gaan. Ons vak is zo aan het verkleinen. Vroeger moest je met vier mensen op stap om een reportage te maken. Nu loop ik vaak alleen met een rugzakje rond. Na het filmen bestel ik ergens een kop thee en monteer ik op een terras een video. Van die schaalverkleining word ik echt heel gelukkig. Het is een beetje zoals ik mijn carrière begon als journalist bij Vrij Nederland, toen ik alleen een opschrijfboekje hoefde mee te nemen.’