Nina Jurna: ‘Graag minder Trump-mania in de buitenlandjournalistiek’
Nieuws | De Voorspellers
Nina Jurna (56) is als journalist gespecialiseerd in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied. Sinds 2011 woont ze in Rio de Janeiro en werkt ze als correspondent voor onder andere NRC en de NOS.
‘In 2026 zou ik in de Nederlandse buitenlandjournalistiek graag minder Trump-mania willen zien. Het nieuws bestaat nu vooral uit een aaneenschakeling van berichten over Trump, waardoor grotere lijnen en veranderingen onderbelicht blijven. Zelf ervaar ik dat het erg moeilijk is tussen die aaneenschakeling van korte nieuwsberichten te komen, om even afstand te nemen en vanuit een ander perspectief te kijken naar wat er eigenlijk gebeurt. De nieuwsagenda wordt vaak vanuit een westerse invalshoek bepaald, en dat voelt soms onvrij. De uitdaging is, en dat zeg ik ook tegen mezelf, om als correspondenten overtuigend te zijn richting onze opdrachtgevers en deze tendensen te doorbreken.
Op dit moment is er spanning tussen Venezuela en de Verenigde Staten. Trump zet Latino’s de VS uit, er zijn aanvallen geweest op vermoedelijke drugssmokkelboten. Ik wil eigenlijk voorbij die gebeurtenissen kijken, welk effect hebben ze in Venezuela? En waar gaat het de VS werkelijk om? Misschien kan president Maduro wel goodwill kweken met de situatie. Kan hij deze strijd met de VS gebruiken? Het is een strijd die veel mensen herkennen uit het verleden met Amerika.
Eenzijdig narratief
Amerika is in deze regio al lang niet meer de grote vriend of beschermer. Waar dat besef in Europa nog een schok is, bekijken mensen in Latijns-Amerika de VS al langer met argusogen. Landen drijven af van de grote buur, waar ze historisch gezien soms al een vrij traumatische relatie mee hadden. VS hebben hier in het verleden heel veel dictators in het zadel geholpen of gehouden, en bemoeit zich nu weer op grote schaal met deze regio.
Het gevolg is dat zulke Latijns-Amerikaanse landen toenadering zoeken tot andere landen uit de Global South. Landen in Azië en Afrika, maar ook China. China wordt door het Westen vaak als gevaar gezien. Dat is ook een eenzijdig narratief waar ik doorheen probeer te breken. Ik denk dat die toenadering tussen landen in de Global South gaat toenemen. Dat vind ik hele interessante bewegingen die we in de gaten moeten houden. En als correspondent vind ik dat ik de verantwoordelijkheid heb die verhalen voor het voetlicht te brengen.
Lef hebben
Als een medium onderscheidend wil zijn, denk ik dat correspondenten daarbij een grote rol kunnen spelen. En die rol moeten wij als correspondenten ook pakken, bijvoorbeeld door echt de ruimte voor onze verhalen te claimen. Niet per definitie met de stroom meelopen, maar met eigen verhalen durven komen. En een medium moet het lef hebben om af en toe te kiezen voor een ander verhaal, vanuit een andere invalshoek.
Wat dat betreft valt er ook op de redacties in Nederland zelf nog veel te verbeteren. Ik ben afgelopen jaar erg geschrokken van verhalen van collega’s met een migratieachtergrond, soms zelfs tweede of derde generatie. Hoe moeilijk het voor hen is op redacties, omdat er voor de visie of invalshoeken die zij meebrengen in de praktijk weinig ruimte is. De hele discussie over kleur en diversiteit in de media is al jaren gaande. Er zijn allerlei dure trainingen gegeven en weet ik wat allemaal. Maar zijn de media echt veranderd? Ik zou Nederlandse media willen meegeven dat het superbelangrijk is om die andere perspectieven echt ruimte te geven. Niet alleen om te voorkomen dat mensen uit frustratie weggaan, want dan zijn we weer een stap terug, maar ook om eigen, onderscheidende verhalen te maken.’
Portret: Chuan Ming Ong
De voorspellers 2026
Wat staat de journalistiek te wachten? We blikken vooruit op een nieuw jaar. Twaalf journalisten en andere mediakenners vertellen wat ze van 2026 verwachten. Bekijk ze allemaal.
