Studenten journalistiek maken televisie in de gevangenis: ‘Een soort oorlogsjournalistiek’

Nieuws | Onderwijs

In Leuven maken studenten journalistiek televisieprogramma’s in de plaatselijke gevangenis, samen met gevangenen. Wat leren ze daarvan?

Stel, je wilt binnen de gevangenismuren aandacht besteden aan drugsverslaving. Na zeven jaar bij gevangenistelevisiezender JailTV weet docent en audio-visueel expert Eline De Becker: gedetineerden hebben er moeite mee als je ze de les leest, hoe goedbedoeld ook. ‘Het werkt veel beter als je ze informeel toespreekt, in hun taal en vanuit hun eigen ervaring.’ En dat is precies de aanpak van JailTV, waar gevangenen vanuit hun eigen belevingswereld televisie maken, in samenwerking met journalistiekstudenten.

Verhaal gaat verder onder de foto’s

Eline de Becker
Eline de Becker
Caroline Bruynseels
Caroline Bruynseels
Seth van der Slycken
Seth van der Slycken

De samenwerking tussen de gevangenis Leuven Centraal en de Thomas More Hogeschool bestaat sinds 2011. Tien jaar geleden deed Eline De Becker als student mee aan het project. Samen met haar collega Caroline Bruynseels, psycholoog met veel media-ervaring, is De Becker tegenwoordig vanuit Thomas More verantwoordelijk voor de begeleiding van elf journalistiek studenten en zes gedetineerden. Een van die studenten is Seth Van der Slycken.

Met journalistiekstudenten de gevangenis in, waarom zou je dat doen?

Bruynseels: ‘Een van de belangrijkste drijfveren voor het project is dat JailTV gedetineerden kan voorbereiden op hun integratie. Ze komen ooit vrij. Als je ze geen handvatten biedt, komen ze terecht in een wereld waaraan ze zich moeilijk kunnen aanpassen.’

De Becker: ‘Voor journalistiekstudenten is werken met doelgroepen een van de belangrijkste aandachtspunten. Aanvankelijk denken ze: ‘Leuk, we maken een item over hoe een cel eruitziet’. Dat is voor henzelf misschien interessant, maar voor een gedetineerde totaal niet. Die cel ziet hij iedere dag. Van de buitenwereld daarentegen krijgt hij misschien al tien jaar bijna niks mee. Gedetineerden hebben geen internet. Probeer je maar eens in te denken hoeveel er in die tijd verandert. Studenten moeten ontdekken welke onderwerpen en invalshoeken dan geschikt zijn.’

Van der Slycken: ‘Als student leer je zo een aspect van de maatschappij kennen dat voor veel mensen onzichtbaar blijft.’

Bruynseels: ‘Een student zei een keer: het is een beetje zoals oorlogsjournalistiek. Het materiaal is professioneel, maar de omgeving is een uitdaging. Het is nooit stil, mensen willen niet op camera, de belichting is slecht, de decors zijn triestig. Om er toch iets moois van te maken, moet je creatief uit de hoek komen en oplossingsgericht denken.’

De Becker: ‘Het is de bedoeling dat de elf studenten en zes gedetineerden samen een redactie vormen en op gelijke voet met elkaar staan.’

Van der Slycken: ‘De ideeën komen vaak van zowel gevangen als studenten. Wij bedenken iets en zij zorgen dat het bij de doelgroep aansluit. Of zij hebben een tof idee en wij vullen het praktisch in. Het interessante is: met studiegenoten zit je op hetzelfde niveau, maar met gedetineerden moet je soms meer het voortouw nemen. Het is als student heel leerzaam om – anders dan op stages – niet onderaan de ladder te staan, maar ook te leren om anderen te begeleiden.’

Bruynseels: ‘We hebben bij JailTV een dubbel doel. Het gaat om journalistiek, maar net zo goed om sociale vaardigheden en zelfontwikkeling, zowel voor studenten als gedetineerden. Er ontstaat op de redactie vaak frustratie, net als in gewone werksituaties. Een deadline die voor stress zorgt of een samenwerking die niet soepel loopt. Als iets in de gewone wereld niet lukt, ga je lekker op vakantie of ontladen met vrienden in een café. Gedetineerden kunnen dat niet. Daardoor kunnen frustraties in de gevangenis groter worden. Het is belangrijk om het uit te spreken als je iets dwarszit. Dat is voor iedereen leerzaam.’

Hoe bereid je studenten voor op het maken van items in een gevangenis, met mensen die zware delicten gepleegd hebben?

De Becker: ‘We maken ze duidelijk dat het belangrijk is om alert te zijn. Er is een verplicht introductiemoment voor alle studenten, waarbij ik een aantal zaken bespreek. Dat er een panic botton is in elke ruimte bijvoorbeeld. Die hebben we nog nooit gebruikt en gedetineerden stellen zich beleefd op, maar toch blijft het spannend voor studenten. Ik probeer ze vooral het vertrouwen te geven dat ze naar me toe kunnen komen als er iets is. Wat doe je bijvoorbeeld als je een liefdesbrief krijgt van een gedetineerde? Na het eerste bezoek aan de gevangenis zijn de meeste studenten rustig. Dan hebben ze gezien dat gedetineerden ook maar ‘gewone’ mensen zijn, met als verschil dat zij ooit over de schreef zijn gegaan.’

Van der Slycken: ‘We gaan voorzichtig om met onze privacy. Als iemand vraagt waar je vandaan komt, noem je de grootste stad in de buurt van je woonplaats. Het blijven mensen die zware misdrijven hebben gepleegd. We hebben een heel goed contact, maar je houdt in je achterhoofd dat je dus beter geen vrienden kunt worden.’

De Becker: ‘Ik geef een aantal trucjes mee om afstand te bewaren. Dat is een goede oefening voor journalisten in spe. Ook als je normaal gesproken iemand interviewt, moet je een vertrouwensband creëren zonder dat het te persoonlijk wordt. Qua kleding geef ik niet graag restricties. Maar ik zeg wel: zorg dat het geen issue wordt. Je moet beseffen dat deze mannen soms vijftien jaar geen vrouw hebben gezien, dan hoef je niet je kortste rokje aan te doen.’

Wat voor programma’s maken jullie?

Bruynseels: ‘Onder andere psycho-educatieve reportages. Dan komt er bijvoorbeeld een relatietherapeut praten over manieren om in de toekomst aan een nieuwe partner te vertellen dat je hebt vastgezeten. Of een kinderpsycholoog over hoe je een goede vader kunt zijn vanuit de gevangenis.’

De Becker: ‘Een student maakt nu een reportage bij een fietsenmaker die lesgeeft in gevangenis. Dan kunnen gevangen zien: als je de cursus fietsen maken volgt terwijl je vastzit, wat kun je er dan na je vrijlating mee? Doordat de programma’s door de doelgroep zelf gemaakt worden, zijn ze nooit belerend of formeel.’

Van der Slycken: ‘We maken soms ook entertainment. Zo hebben we een item gemaakt met fun facts over de film No Time To Die. En soms , die zenden we dan uit.’

Bruynseels: ‘Maar JailTV is nooit puur entertainment. We zijn ons ervan bewust dat we werken met en voor mensen die iets mis hebben gedaan. Voor onszelf zien we een maatschappelijke rol. In zekere zin is dit constructive journalism, want we schuwen de negativiteit die al hangt in een gevangenis. We proberen hoopgevende verhalen te maken, te motiveren en activeren.’

Hoe beoordelen jullie als begeleiders de studenten?

De Becker: ‘Het gaat om het proces en de inhoud. Hebben ze begrepen wat er leeft bij de doelgroep? Stellen ze de juiste vragen? Werken ze samen? Zijn ze assertief? Of iets technisch goed gefilmd is, is minder belangrijk.’

Wat nemen studenten mee van JailTV?

De Becker: ‘Ik heb het gevoel dat ze kritischer kijken naar de manier waarop er bericht wordt over justitie en gevangenissen. Er is een hype rondom true crime, die soms wat sensationeel is. Het is sowieso goed dat studenten beseffen dat wat ze als journalist maken, een grote impact kan hebben op zowel slachtoffer als dader.’

Van der Slycken: ‘Ik heb geleerd dat je niet te veel moet afgaan op je vooroordelen. We hebben allemaal een bepaald beeld bij gedetineerden. Maar je ziet dat het ook mensen zijn. Wat ze gedaan hebben is verschrikkelijk en niet goed te praten, maar ze hebben ook interesses, ze willen ook iets opsteken en bijdragen.’

De Becker: ‘En participerend samenwerken is een heel goede vaardigheid in een tijd waarin journalisten steeds meer moeite hebben het publiek te bereiken.’

Foto gevangenis Leuven Centraal: Archeonet Vlaanderen (Flickr

Nieuwsbrief

Ontvang ons laatste nieuws
Hidden
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.