Van kroegbaas tot journalist: als je op latere leeftijd van carrière verandert
Nieuws | Op de werkvloerHoe is het om een carrièreswitch naar de journalistiek te maken? Staat het vak voldoende open voor buitenstaanders? Een ex-wetenschapper en een oud-kroegbaas vertellen.
Onregelmatige werktijden, deadline op deadline: de journalistiek staat niet bekend als het meest ontspannen vak. Journalist worden omdat je het rustiger aan wilt doen, klinkt dan ook niet logisch. Behalve dan voor Pim van den Berge. Want drie keer per week tot vijf uur ’s ochtends een nachtkroeg runnen – dat doe je nu eenmaal niet tot je pensioen. ‘Vooral lichamelijk ging het niet meer,’ zegt hij.
Daarom stapte de nu 60-jarige Middelburger in 2008 over naar de journalistiek. Sinds 2011 is hij verslaggever bij Omroep Zeeland, waar hij onder meer onderzoek doet naar pfas-vervuiling. Fysiek minder heftig. Al kwam daarvoor in de plaats dat hij als journalist moeilijk zijn gedachten kan stoppen. ‘Zeker als het ergens om gaat. Je krijgt je vinger er niet achter, of mensen willen niet reageren. Dan neem ik het mee naar huis.’
Keramische pan
Toch belast dat hem minder dan de horeca. Van den Berge voelt dat hij er een doel mee dient. ‘Iemand moet het doen, dat obsessieve uitzoeken van die pfas-verhalen. Als ik vier of vijf mensen een keramische pan laat kopen, in plaats van eentje met een antiaanbaklaag, dan heeft het nut gehad.’
Elk verhaal is zo genuanceerd in de journalistiek. Het is nooit alleen maar: deze wethouder heeft dit gedaan en dat is kut
Pim van den Berge, verslaggever bij Omroep Zeeland
Toen hij zijn keuze maakte, was hij één dag terug van een wereldreis. ‘Ik kwam een oud-collega uit de kroeg tegen. Ze zei dat ze als camerajournalist aan de slag ging voor een nieuwe lokale omroep, TV Walcheren, en dat ze nog zo iemand zochten.’ Journalist worden was nooit in hem opgekomen. Maar door die reis stond zijn hoofd ‘helemaal open’. ‘Het leek me een supergoed idee.’
Zijn oude leven was achteraf een goede training. Wie hoort er immers meer verhalen uit de samenleving, heeft een groter netwerk en knoopt makkelijker een gesprek aan, dan een barman? Tegelijkertijd is er een fundamenteel verschil. ‘In de kroeg was het vaak het verhaal van één kant.’ Journalisten bekijken juist alle kanten van de zaak. ‘Elk verhaal is zo genuanceerd. Het is nooit: deze wethouder heeft dit gedaan en dat is kut. Nee, want er is ook nog dit en dat.’
Stapels papers
Lisanne Wichgers (32) werkte juist in een wereld die nog veel genuanceerder is dan de journalistiek, als postdoctoraal onderzoeker aan de Stanford-universiteit. Nu, als trainee onderzoeksjournalistiek bij BNR, moet ze opeens nadenken over wat de meest prikkelende kop is. ‘Nog steeds moet alles feitelijk correct zijn, natuurlijk, maar zelfs dingen net wat steviger aanzetten vind ik nog moeilijk. In de wetenschap hoeft dat niet.’
Hetzelfde geldt voor de druk van snel publiceren. Maar wat meer tempo was juist iets waar Wichgers naar snakte. ‘Op het moment dat je een wetenschappelijk artikel klaar hebt, kan het een paar jaar duren voordat het gepubliceerd wordt. Dat vond ik frustrerend. Ik wilde dat anderen er meteen kennis van konden nemen.’ Eenmaal gepubliceerd viel de impact tegen. ‘Het kwam dan op een stapel andere papers terecht.’
In 2022 nam ze ontslag bij Stanford en meldde zich aan voor een leertraject bij The Investigative Desk. Tegelijkertijd ging ze freelancen, maar dat bleek moeilijk, zo zonder ervaring. Ook omdat ze meteen de onderzoeksjournalistiek in wilde. ‘Dan krijg je vaak te horen: je zet nogal hoog in.’ Ook het aanvragen van subsidie is niet altijd makkelijk als je starter bent.
Ik ben toch wel een beetje van de generatie belangst. Daarvan wist ik gewoon dat ik het eerst moest leren
Lisanne Wichgers, trainee onderzoeksjournalistiek bij BNR
Het traineeship bood uitkomst. Bij BNR merkt ze hoeveel gewoonten ze zich nog eigen moet maken, zoals het vele bellen. ‘Ik ben toch wel een beetje van de generatie belangst. Daarvan wist ik gewoon dat ik het eerst moest leren.’ Afkicken van de wetenschappelijke benadering kost tijd. ‘Soms wil ik nog steeds eerst alles van een onderwerp weten, terwijl het ook wel eens goed is om iemand te bellen die het je uitlegt.’
Op andere gebieden heeft ze een streepje voor. Wichgers promoveerde op kritisch onderzoek naar berichtgeving over rechtszaken tegen politici zoals Geert Wilders. Het maakt haar extra bewust van de invloed van journalisten en aan welke principes ze sowieso wil vasthouden. Geen clickbait dus. En oppassen met bronnen waarvan je al weet dat wat ze gaan zeggen, bij jouw verhaal past. ‘Dat zie je in het medialandschap weleens gebeuren.’
Weinig vacatures
Zowel Wichgers als Van den Berge beseffen dat ze zich in een bevoorrechte positie bevonden toen ze van vakgebied veranderden. Wichgers had dankzij haar Stanford-salaris eerst een tijdje kunnen sparen. ‘Als je een gezin hebt of een wat minder goed betaalde baan, kan ik me goed voorstellen dat je de stap minder snel maakt.’ Van den Berge had ook gespaard én hij had het geluk dat de hoofdredacteur van TV Walcheren nog kende van vroeger, waardoor de drempel om te solliciteren laag was. ‘Die combinatie van factoren is zwaarwegend geweest.’
Hoe makkelijk is zij-instromen in de journalistiek voor de gemiddelde nieuwkomer? Cijfers over hoe vaak het gebeurt, zijn er niet. Het is in ieder geval lastig om aan een journalistieke baan in loondienst te komen. ‘Maar dat geldt voor alle journalisten, niet alleen voor zij-instromers,’ zegt Nick Kivits, arbeidsmarktonderzoeker bij vakbond NVJ.
Kivits monitort hoeveel en wat voor journalistieke vacatures er verschijnen. In het afgelopen jaar stortte het aanbod volgens hem ‘compleet in’. Tweehonderd stuks in het derde kwartaal van dit jaar: een derde minder dan in hetzelfde kwartaal vorig jaar. ‘Net na corona was het relatief makkelijk om als journalist een baan te krijgen. Dat was de uitzondering. Nu keren we terug naar de situatie van voor corona.’
Hij wijst erop dat baankansen verder zullen verslechteren, door de voorgenomen btw-verhoging en bezuinigingen op de NPO. Dat er volgens Kivits’ data vaker wordt gevraagd naar tijdelijke versterking, onderstreept de onzekerheid.
Betere afspiegeling
Het helpt gegadigde zij-instromers ook niet dat er vaker gevraagd wordt naar ervaren journalisten. ‘In de meest recente kwartaaldata gaat het bij 37 procent van de vacatures om een juniorfunctie. Het vijfjaarlijks gemiddelde is 51 procent.’ Bij een ruimere arbeidsmarkt kunnen werkgevers hogere eisen stellen aan ervaring, verklaart Kivits.
Het journalistenwereldje heeft de neiging om naar zichzelf en naar concurrenten te kijken, en daar wat van te vinden
Pim van den Berge, journalist bij Omroep Zeeland
Traineeships zijn een uitkomst, zoals de jaarlijkse Traineeships Onderzoeksjournalistiek die mogelijk worden gemaakt door het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten (BJP). Leeftijd is geen factor: ook een veertiger die die ochtend bij het ontbijt heeft besloten journalist te worden, kan solliciteren.
De journalistiek heeft zich gaandeweg meer opengesteld voor mensen met een ‘alternatieve’ achtergrond, zegt Kivits: het percentage journalisten met een journalistiekdiploma daalt. Redacties willen een betere afspiegeling worden van de samenleving. Daarnaast vermoedt hij dat mediabedrijven talent het liefst zelf kneden. ‘Een grote werkgever heeft mij weleens verteld dat de kwaliteit van de instroom vanaf opleidingen niet voldoet aan hun wensen.’
Navelstaren
Gevraagd naar wat hen als nieuwelingen opviel, zeggen Wichgers en Van den Berge allebei dat de journalistiek wat navelstaarderig kan zijn. Van den Berge: ‘Het journalistenwereldje heeft de neiging om naar zichzelf en naar concurrenten te kijken, en daar wat van te vinden.’ Wichgers pleit voor meer samenwerking. ‘Werken we als onderzoeksjournalisten nou allemaal aan hetzelfde doel, of willen we vooral dat wij zélf gelezen worden?’
Beiden hadden niet de indruk dat ze als nieuweling raar aangekeken werden. Wichgers: ‘Er wordt eerder gegrapt van: oh, dus jij kan wél echt wat. Maar ik kan weer heel veel dingen nog niet die zij wel kunnen.’ Bij Van den Berge hielp het bij het ijsbreken ongetwijfeld dat hij met mensen ging werken ‘die ik regelmatig dronken voerde in de tijd dat ik achter de bar stond’.
Hij kan de overstap aanraden, juist op latere leeftijd. ‘Vanwege de levenservaring die je meeneemt. De basisregels van de journalistiek zijn redelijk overzichtelijk en de verdieping is al werkende te verkrijgen.’ Zelf mist hij zijn oude levenswandel op plakkerige biervloeren geen seconde. ‘Het was prachtig, maar het was echt op. De journalistiek heeft me een nieuwe levensinvulling gegeven.’