Gerson Veenstra op Media van Morgen © Joyce van Doorn

Waarom EenVandaag interactie stimuleert: ‘Door hun eigen input herkennen mensen zich beter in ons nieuws’

Nieuws | Innovatie

Van oproepjes op de site tot chatten met kijkers: de afgelopen twee jaar werkte EenVandaag aan meer contact met haar publiek. Sindsdien lukt het de nieuwsrubriek beter om aan te sluiten bij de belevingswereld van het publiek, én ontstaan er nieuwe verhalen. 

Als journalist denk je te weten wat je publiek snapt, weet en wil weten, maar als beroepsgroep zijn we het publiek wat uit het oog verloren. Die conclusie trok Gerson Veenstra in 2022 nadat hij had onderzocht hoe journalistieke organisaties interactie aangaan met hun publiek. Als eindredacteur online van EenVandaag, de actualiteitenrubriek van AVROTROS, wilde hij kijkers en lezers meer betrekken bij de nieuwsproductie. Om te leren wat mensen nu precies willen weten, nieuwe ideeën op te doen en ervoor te zorgen dat kijkers zich sterker herkennen in de berichtgeving. ‘Het gaat erom je meer open te stellen voor je publiek en de verantwoordelijkheid te voelen om met hun input aan de slag te gaan.’

In eerste instantie deed EenVandaag dat door lezers en kijkers op te roepen om vragen te stellen. Uit hun reacties bleek al gauw dat journalisten regelmatig basale uitleg en context overslaan. Als voorbeeld haalt hij grensoverschrijdend gedag aan. ‘We hebben daar allemaal wel een gevoel bij, maar het kan per verhaal verschillen wat je bedoelt: gaat het om gedrag op het werk, is het seksueel, gaat het om wettelijke overtredingen? Dat moet je specificeren, mensen meenemen in je gedachtegang.’

Achter de schermen

Twee jaar later heeft EenVandaag een interactieteam van zeven redacteuren. Zij hebben dagelijks via de website, app en WhatsApp contact met het publiek. Vooral ‘s avonds wordt daar veel gebruik van gemaakt en beantwoorden twee á drie redacteuren voortdurend vragen die binnenkomen naar aanleiding van de uitzending. Die een-op-een-gesprekken hebben een ander karakter dan reageren op een forum of onder een artikel, stelt Veenstra. Mensen reageren volgens hem niet om zichzelf te etaleren, maar echt om de inhoud van onderwerpen.  ‘Doordat het contact achter de schermen plaatsvindt, durven ze meer te delen.’ In het licht daarvan wordt ook niet met chatbots gewerkt. ‘Chatters zijn blij dat er mensen achter zitten.’

Het gaat erom dat je de verantwoordelijkheid voelt om met de input van je publiek aan de slag te gaan

Gerson Veenstra, eindredacteur online EenVandaag

Betrokken redacteuren moeten zich goed voorbereiden en zich de onderwerpen van de uitzendingen eigen maken. ‘In het begin was het een beetje gissen, maar inmiddels weten we wel bij welk type onderwerp er welk soort vragen komen. Dan kun je lijstjes maken,’ vertelt redacteur Margot Hoogerwerf, die met Veenstra aan de basis van het team stond. Als de redacteuren een antwoord niet meteen paraat hebben, gaan ze te rade bij de makers van het item en komen er later op terug. Bij vragen die te ver voeren voor de redactie wordt doorverwezen naar derden. ‘Soms krijgen we vragen waar een gemeente of huisarts antwoord op moet geven.’

Het blijft niet bij het aannemen en beantwoorden van reacties. De input wordt omgezet in nieuwe verhalen, door de interactieredacteuren of de makers van de oorspronkelijke productie. Veenstra: ‘In begin waren we erg bezig met reacties ophalen, luisteren en tussen de oren krijgen dat interactie belangrijk is. Nu kijken we ook wat we kunnen met wat er binnenkomt. Welke video’s kunnen we bijvoorbeeld maken?’ Soms is er een directe aanleiding voor een nieuwe productie, een andere keer worden backlogs van de chats later gebruikt als naslagwerk voor nieuwe invalshoeken, voegt Hoogerwerf toe. ‘We maken elke dag een overdracht voor de rest van de redactie over wat er in de chat gezegd wordt. En schrijven elke week op wat ons opviel.’

Asielnoodmaatregelen

Hoewel chatten een centrale plek inneemt in het contact met het publiek, blijven de ‘klassieke’ oproepjes – onder de noemer EenVandaag Vraagt – ook belangrijk  voor de redactie. Mede doordat het een laagdrempelige manier is om in contact te komen, vermoedt Veenstra. Rondom de asielnoodmaatregelen bleken mensen bijvoorbeeld te willen weten of dit wel haalbaar was en zo niet, hoe het er dan anders uit zou moeten zien. ‘Dat geeft heel duidelijk aan welke vragen er leven.’

Soms komt er op de oproepjes zelfs een stortvloed aan input. Op de vraag wie er weleens tegen problemen met de WIA aan is gelopen (wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen), kwamen er zoveel en zulke ingewikkelde voorbeelden binnen dat het via de chat ‘eigenlijk niet te doen’ was om op alles te reageren, zegt Veenstra. In zo’n geval werkt een tipformulier beter. Het team benadrukt dan  dat mensen weliswaar hun voorbeeld kunnen aandragen, maar de redactie geen problemen voor hen zal oplossen. Toch kan zo’n overdaad aan berichten waardevol zijn. In het geval van de WIA leverde het 1300 cases op. ‘Heel fijne input voor redacteuren om mee verder te gaan. En al die 1300 hebben we op de hoogte gehouden van wat we deden.’

Het kan confronterend zijn om te zien hoe andere redacteuren antwoorden geven over ‘jouw’ artikel

Margot Hoogerwerf, redacteur EenVandaag

Toch zit de essentie van het Interactieteam niet zozeer in uitschieters of losse successen, benadrukt Veenstra. Continuïteit speelt een belangrijke rol. Niet alleen bij het verzamelen van input, maar er ook daadwerkelijk wat mee te doen.  Het  helpt om jezelf te dwingen daar verantwoording over af te leggen. Zo wordt er elke week een nieuwsbrief verstuurd over wat er met de input is gedaan. Tot welke video, welk artikel of interview bepaalde input heeft geleid. De cirkel rondmaken is een nadrukkelijk streven.

Vertrouwensband

Veenstra wijst er daarnaast op dat het proces zich voortdurend ontwikkelt. Zo wordt na chats gevraagd of iemands mening is veranderd door het contact. Iets wat EenVandaag ook onder artikelen zou willen doen: heeft het lezen ervan iets opgeleverd? Ook blijkt dat de makers van items eraan moeten wennen dat interactieredacteuren zich in het proces mengen. Hoogerwerf: ‘Het kan confronterend zijn om direct feedback te krijgen of om te zien hoe andere redacteuren antwoorden geven over ‘jouw’ artikel.’

Wat redacties altijd deden is niet meer voldoende, besluit Veenstra. In tijden waarin nieuwsmoeheid, kunstmatige intelligentie en TikTok-algoritmen steeds meer invloed hebben op nieuwsconsumptie is het zoeken naar manieren die wel werken. ‘Je moet echt uitleggen waarom iets belangrijk is en zorgen dat je een vertrouwensband krijgt.’

Nieuwsbrief

Ontvang ons laatste nieuws
Hidden
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.