De opmars van liveblogs: waar zijn ze wel en niet goed voor?
Nieuws | Op de werkvloerVan minuut tot minuut verslag doen van een belangrijke gebeurtenis. Dat is het concept van het liveblog. Media zijn ze de laatste jaren steeds meer gaan inzetten om lezers te trekken, maar het genre is niet zonder risico’s. Zo blijkt uit de ervaringen van de Volkskrant en NU.nl.
Van de oorlog in Gaza en de universiteitsprotesten tot het Eurovisiesongfestival en een ingestorte parkeergarage in Nieuwegein: zomaar een greep uit de liveblogs van de laatste weken. Media zetten ze steeds vaker in om lezers zo snel mogelijk te informeren over gebeurtenissen. Wat eind jaren negentig als experiment op sportredacties startte bij verslaggeving van voetbalwedstrijden, breidde zich uit naar onder meer politieke verslaggeving en (ander) brekend nieuws. Tijdens het begin van de coronapandemie nam het liveblog echt een vlucht. Door de snelle veranderingen en grote onzekerheid hadden lezers een grote behoefte aan snel nieuws over nieuwe ontwikkelingen. Sommige van die pandemie-liveblogs liepen wel twee jaar.
Dat het liveblog steeds vaker wordt ingezet, is onder andere te verklaren door veranderende lezerswensen – we zijn door sociale media gewend aan real time informatievoorziening. Ook nieuwe technische mogelijkheden dragen eraan bij. En liveblogs worden goed gelezen, dus kiezen media er vaker voor, want de – veelal gratis toegankelijke – blogs leveren flink wat traffic op.
‘Vroeger begonnen media minder snel met een liveblog, om gebeurtenissen eerst te verifiëren,’ stelt Sebastiaan van der Lubben, docent-onderzoeker bij Journalism Lab van de Hogeschool Utrecht. Tegenwoordig wordt die keuze volgens hem sneller gemaakt. En als een blog toch niet relevant blijkt, dan schakelen ze ook sneller weer uit. Van der Lubben promoveerde onlangs op een onderzoek naar liveblogs en sprak hiervoor met verschillende journalisten.
Het volledige onderzoek van Van der Lubben lees je hier.
Snel gestart, vlot gestopt
Welk onderwerp leent zich voor een liveblog? Daar zijn de meningen over verdeeld, blijkt uit Van der Lubbens onderzoek. Al laat de praktijk bij verschillende uitgevers zien dat er tamelijk eenduidige richtlijnen zijn. Zo is er veelal sprake van een onzekere situatie en een snelle opvolging van ontwikkelingen.
Hoe groot het nieuws is, doet minder ter zake, zeggen ook verschillende journalisten. Blogs worden redelijk snel gestart en waar nodig weer vlot gestopt. ‘Het kan een paar uur duren, maar ook meerdere jaren,’ stelt Gert-Jan van Teeffelen, adjunct-hoofdredacteur de Volkskrant. ‘Soms vermoed je dat iets heel groot wordt, maar loopt het anders.’ Hij sluit aan bij wat Van der Lubben zegt: ook bij de Volkskrant ligt de drempel om een liveblog te starten lager dan voorheen. Hij noemt de gijzeling in de Amsterdamse Apple Store in 2022 als voorbeeld. ‘Dat is destijds een regulier bericht geworden, omdat we toen dachten: eerst maar eens kijken of het niet met een sisser afloopt. Nu zouden we daar een blog voor starten, we hadden nota bene iemand ter plaatse.’
Op 22 februari 2022 vond er een gijzeling plaats bij de Apple Store in Amsterdam. De Volkskrant schreef daar toen dit artikel over.
Regelmatig ontwikkelt een liveblog zich ook tot een dossier. Robbert van der Linde, die zich als redacteur bij NU.nl over liveblogs ontfermt, neemt het liveblog over Gaza dat een tijd op de website stond als voorbeeld. Het is nu een ‘slow blog,’ zegt hij. Het wordt niet meer ‘live’ bijgehouden, maar is een overzicht van artikelen geworden, zoals bij een dossier. Bij een eventuele escalatie kan het weer veranderen in een liveblog, zegt Van der Linde. ‘Dan komen er veel snippers informatie binnen, maar te weinig voor echte artikelen.’
In een liveblog kun je ook goed uitleggen welke informatie er binnenkomt van welke plek, vertelt hij, beter dan in een nieuwsbericht. ‘Het is een chronologisch overzicht, inclusief inkijkje in onze journalistieke afwegingen.’
Geen stagiairs, maar professionele fulltimers die er zo lang als nodig dedicated mee bezig kunnen zijn.
Gert-Jan van Teeffelen, adjunct-hoofdredacteur de Volkskrant
Zulke afwegingen hebben bijvoorbeeld te maken met relevantie, vertelt Van Teeffelen van de Volkskrant. Een van de grootste uitdagingen van liveblogs is volgens hem om ervoor te zorgen dat berichten aan kwaliteitseisen blijven voldoen terwijl het tempo hoog ligt. Belangrijk is daarom om er de juiste mensen voor vrij te maken, meent Van Teeffelen. ‘Geen stagiairs, maar professionele fulltimers die er zo lang als nodig dedicated mee bezig kunnen zijn.’
Betrouwbare bron(nen)
Ook een vuistregel, volgens Van Teeffelen en Van der Linde: bij twijfel niet handelen. Het kan verleidelijk zijn om berichten van sociale media over te nemen, maar het is niet altijd zeker of die kloppen. En dan kan het misgaan, zoals gebeurde toen het AD bij de gijzeling in een café in Ede een bericht van X besloot te delen over de mogelijke Eritrese afkomst van de dader. Die laatste bleek later een Nederlander te zijn. Van der Linde: ‘Je kijkt altijd naar de bron, net als bij reguliere artikelen. Van wie hoor je het? Nepnieuws is zo geboren en wordt alleen maar hardnekkiger als grote media het melden. Besef hoeveel impact en bereik je hebt.’ Van Teeffelen: ‘Bij de oorlog in Oekraïne hebben we veel fake-beelden gezien. Je moet voorkomen dat je in propaganda trapt.’
Het AD bracht tijdens de gijzeling in Ede updates via deze liveblog.
Van Teeffelen en Van der Linde adviseren dan ook om je ook bij liveblogs zoveel mogelijk te baseren op officiële instanties en betrouwbare media. Met betrekking tot Gaza noemt Van der Linde bijvoorbeeld Reuters, BBC en CNN. Die worden vaker aangehaald dan de plaatselijke media. ‘Die kennen we minder goed en dus zijn we minder bekend met hun betrouwbaarheid.’
Onderzoeker Van der Lubben vindt juist dat werken met bronnen als ooggetuigen via sociale media goed bij een relatief nieuw format als liveblogs past. Bijvoorbeeld voor zaken die niet meteen te verifiëren zijn, maar wel zo opmerkelijk zijn dat je ze toch wilt brengen. Als je dat doet, meld dan duidelijk van welke bron(nen) het afkomstig is en benadruk dat je het nog niet kunt verifiëren, adviseren zowel Van Teeffelen als Van der Linde. En zet het recht als je het verkeerd hebt. ‘Het draait allemaal om vertrouwen,’ aldus Van Teeffelen.
Opinie of niet
Richting de toekomst ligt er volgens Van der Lubben nog ruimte voor het klaarzetten van externe experts voor achtergronden, duiding en opinie als aanvulling op het nieuws. ‘Dit maakt liveblogs geloofwaardiger voor gebruikers.’
Van Teeffelen vindt opinie in blogs echter risicovol. De lezer zou kunnen denken dat de mening van de geciteerde persoon ook de mening van de krant is. En als je mensen een opinie laat geven, vergroot je het risico dat je slechts één kant van de zaak belicht. Met kans op reputatieschade als medium. ‘We verwijzen in blogs wel regelmatig naar expertstukken van onze eigen redactie.’
NU.nl brengt geen opinie, stelt Van der Linde. En context wordt in reguliere artikelen gebracht. Die zijn voor lezers eenvoudiger te vinden, meent de redacteur. In een blog zakken die berichten al snel naar onderen. Wel ziet hij er heil in om vaker externe experts in de startblokken te hebben staan. ‘Bij politieke en buitenlandverslaggeving is dat al heel gebruikelijk. Dus daar willen we de komende tijd wel naartoe.’