The Continent bereikt jongeren met een krant op WhatsApp: ‘Daar zijn mensen heel ontvankelijk voor nieuws’

Nieuws | Vernieuwing

Nieuws uit heel Afrika, dat 100.000 jonge lezers bereikt over de hele wereld, gewoon via de populairste messaging app. Dat is de formule van The Continent. Waarom slaat een Whatsapp-krant zo aan, en wat kunnen Nederlandse redacties ervan leren? ‘We willen dat abonnees The Continent doorsturen naar vrienden en familie, dat is een belangrijk onderdeel van ons distributiemodel.’

Aan het begin van de coronapandemie merkte Simon Allison, toen nog journalist voor het Zuid-Afrikaanse weekblad Mail & Guardian, dat er enorm veel nepnieuws in omloop was op WhatsApp. Dat zette hem aan het denken. ‘Als we nou eens een krant maken en die verspreiden via een platform waar nog geen andere nieuwsorganisatie publiceert, maar waar mensen wel heel ontvankelijk zijn voor nieuws.’ Die krant kwam er razendsnel, in april 2020, onder de titel The Continent. Wekelijks verschijnt er een nieuwe editie, die abonnees als pdf’je via WhatsApp ontvangen. Het lezerspubliek is betrekkelijk jong, zegt Allison. ‘Een groot deel is tussen de 18 en 28.’

Inmiddels is het verspreidingsgebied veel groter dan de 54 landen op het Afrikaanse continent, de krant heeft lezers in 130 landen. Allison: ‘Al Jazeera heeft inmiddels een plek ingenomen naast BBC en CNN. Ik denk dat Time Magazine en The Economist ook wel wat concurrentie kunnen gebruiken vanuit the global south. Wij zijn van plan uit te groeien tot die concurrent.’

Hoeveel abonnees hebben jullie op dit moment?

‘Om en nabij 20.000, maar we schatten in dat de wekelijkse oplage ongeveer 100.000 is, omdat we abonnees vragen The Continent door te sturen naar vrienden en familie. Dit is een heel belangrijk onderdeel van ons distributiemodel. Ik denk dat je meer geloofwaardigheid toekent aan informatie als je deze ontvangt van iemand die je kent. Het is heel effectief, hebben we gemerkt. Na onze eerste editie hadden we in een week duizend nieuwe abonnees. Zonder dat we reclame maakten. Het enige wat we deden was vragen: vind je dit leuk? Stuur het dan door. En plotseling hadden we duizend mensen die ons nieuws wilden ontvangen.’

Tegen welke problemen liepen jullie aan in de praktijk?

‘WhatsApp is behoorlijk streng wat betreft het versturen van massaberichten. Toen we groter werden, vijf- of zesduizend abonnees, merkten we dat niet iedereen de krant meer ontving. We hebben ons moeten laten verifiëren door WhatsApp en zijn vervolgens ook gaan betalen voor distributie. Dat was een grote aanpassing voor ons financiële model.

Het andere grote nadeel is dat het niet mogelijk is nauwkeurig te meten hoe vaak een bericht wordt gedeeld. We weten hoeveel abonnees we hebben en we weten of ze de krant downloaden. Meer weten we niet. We doen veel lezersonderzoeken en op basis daarvan kunnen we weloverwogen schattingen maken van ons bereik, maar daarmee adverteerders aantrekken is moeilijk, want die willen harde cijfers.’

Hoe houdt The Continent zichzelf nu financieel in stand?

‘We worden voornamelijk gefinancierd door donaties en subsidies voor Afrikaanse journalistiek. We hebben een kleine redactie: vijf fulltime medewerkers, vier parttimers en daaromheen een netwerk van freelancers door heel Afrika. De afgelopen drie jaar hebben we met ongeveer 350 freelance journalisten samengewerkt. Natuurlijk zou ik graag willen dat we op een dag meer vaste verslaggevers hebben, maar tot nu toe is dit de manier waarop we kunnen rondkomen van de beschikbare middelen. En op de langere termijn hopen we enige druk uit te oefenen op Meta om nauwkeurige analyses te bieden in WhatsApp, zodat we adverteerders kunnen werven.’

Maar het uitgangspunt is dat The Continent altijd gratis blijft?

‘Absoluut. Het is ten eerste een voorwaarde voor het distributiemodel, omdat we willen dat mensen het delen. Daarnaast denk ik dat het Afrikaanse continent journalistiek relatief slecht wordt bediend. De journalistiek die er wél is, moet dus zonder meer beschikbaar zijn. En als de mensen over wie wij schrijven geen toegang hebben tot onze publicaties, draagt dat niet bij aan de doelstellingen van journalistiek: het ter verantwoording roepen van mensen en het informeren van het publiek.’

Wat is de grootste uitdaging voor The Continent in de toekomst?

‘Wat mij ’s nachts wakker houdt, is de vraag hoe we onze journalisten kunnen beschermen. The Continent zelf is moeilijk te verbieden. Je kunt ons alleen tegenhouden als je WhatsApp of het hele internet uitzet. We publiceren bovendien vanuit Zuid-Afrika, een land dat goede persvrijheidswetten heeft. Maar onze correspondenten zijn gevestigd in landen waar journalistiek vaak is onderworpen aan strenge restricties.

We hebben al wat problemen gehad, bijvoorbeeld met een journalist in Oeganda die zou schrijven over seksuele intimidatie op particuliere kostscholen. Hij is gearresteerd en vijf dagen vastgehouden, alleen omdat hij het interview had aangevraagd bij de school. Zijn vragen had hij nog niet eens gesteld. Dat werd een lange rechtszaak, die bovendien erg duur was. Ik ben bang dat dit vaker gaat gebeuren naarmate we bekender worden.’

Wat is voor jou de belangrijkste les van de afgelopen drie jaar?

‘Dat er echt behoefte is aan nieuws in een andere vorm. Een editie van The Continent beslaat 28 tot 30 pagina’s. Toen we eens 40 pagina’s deden met langere verhalen, zagen we meteen de aantallen nieuwe abonnees dalen. Ik dacht altijd dat het toppunt van journalistiek een artikel in The New Yorker van vijfduizend woorden was. Nu denk ik dat het toppunt van journalistiek datzelfde verhaal in 800 woorden is, of nog beter: 300 woorden. En dat vergt echt veel vaardigheid en moeite, een groot verhaal korter maken zonder in te leveren qua diepgang en kwaliteit. Vaak verwachten journalisten voor hun verhalen te veel tijd van hun publiek, dan haken mensen af. Tijd is een kostbaar goed. Wij proberen de tijd die mensen nodig hebben om nieuws op te nemen tot een minimum te beperken.’

The Continent op Media van Morgen

Meer weten over hoe The Continent te werk gaat en wat je daar op jouw redactie van kan leren? Op Media van Morgen op 30 november vertelt Simon Allison hier nog meer over. En daar kan jij bij zijn!

Nieuwsbrief

Ontvang ons laatste nieuws
Hidden
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.