Waarom beginnen met onderzoeksjournalistiek? Deel 4: je redt er de democratie mee
Nieuws | OnderzoeksjournalistiekIn een korte serie legt coördinator journalistieke verdieping Steffan Konings uit wat je er als nieuwsorganisatie aan hebt om te beginnen met onderzoeksjournalistiek. Deel vier (en slot) gaat over de waarde die het heeft voor een democratische samenleving.
De afgelopen weken heb ik een lans gebroken voor de onderzoeksjournalistiek door te laten zien dat je er rijk, slim en beroemd mee kunt worden. In het laatste deel van deze serie gaat het over de belangrijkste reden om erin te investeren: de maatschappij heeft onderzoeksjournalistiek hard nodig.
Onderzoeksjournalistiek is cruciaal voor de democratie en het vertrouwen dat burgers in de maatschappij hebben. Journalistiek die in het publiek belang gemaakt wordt, geeft burgers de kans zich te laten horen en organiseren. Systeemfouten of onrecht kunnen ermee hersteld worden. Machtsmisbruik wordt aangekaart.
Blaffen naar wie?
Als nieuwsorganisatie is het je maatschappelijke plicht om als waakhond van de democratie te fungeren. Om de macht ter verantwoording te roepen, wanneer burgers dit alleen niet voor elkaar krijgen. Wat voor waakhond je precies wilt zijn, en wanneer – en naar wie! – je blaft, dat verschilt. De manier waarop je binnen je nieuwsorganisatie journalistiek onderzoek organiseert, de onderwerpen die je uitkiest, het soort onderzoek dat je bedrijft en het team dat je afvaardigt, dat is afhankelijk van wat bij jouw specifieke titel past en mogelijk is.
Je kunt je richten op instituties, bedrijven of overheden die hun boekje te buiten gaan. Maar net zo goed kan je onderzoek beginnen bij een misstand die in eerste instantie een kleine groep mensen of zelfs een individu treft.
Slachtoffer en dader
Op een van onze bijeenkomsten hoorde ik Bjorn Oostra, hoofdredacteur van De Limburger (een van de regionale bladen die al langere tijd flink investeren in onderzoeksjournalistiek), een voorbeeld geven van de impact die zo’n schijnbaar kleiner journalistiek onderzoek kan hebben. Zijn verhaal vond ik hoopgevend en laat wat mij betreft zien hoe mooi en betekenisvol journalistiek kan zijn.
Gevraagd naar een onderzoeksverhaal dat indruk op hem heeft gemaakt, noemde Oostra het verhaal van Anne-Marie Wintels. Dagblad De Limburger toonde aan dat een gymleraar in Venlo jarenlang jonge leerlingen misbruikte, onder wie Wintels.
‘In eerste instantie zag ik niet zoveel in dat onderzoek, moet ik eerlijk bekennen. Onderzoeksjournalistiek bij onze krant was meer institutioneel, gericht op fraude en dergelijke misstanden. Dit leek te gaan om een incident met een slachtoffer en een dader. Via journalistiek zo’n dader ontmaskeren vind ik niet bij ons passen en het was al zo lang geleden (het misbruik vond plaats in de jaren tachtig, red.).’
Patroon
De verslaggevers van dienst wisten de hoofdredacteur toch te overtuigen. Het ging hier niet alleen om deze affaire, zeiden ze, maar om een patroon; er waren meer slachtoffers binnen deze scholengemeenschap. Bovendien wilden ze laten zien wat misbruik jaren na dato met iemand kan doen, en hoe vernietigend het kan zijn als de omgeving van een slachtoffer wegkijkt. Het onderzoek leidde tot veel reacties en greep ook Oostra bij de keel.
’Na publicatie belde Anne-Marie in tranen de redactie op om ons te bedanken.’ De krant had gedaan wat haarzelf in al die jaren niet was gelukt: aantonen en aankaarten dat er sprake was van systematisch misbruik. ‘Dat betekende veel voor ons als team en we hebben het breed gedeeld tijdens de wekelijkse terugblik die we op de redactie organiseren.’
Heftige emoties
Nazorg voor betrokken bronnen is bij heftige verhalen een belangrijke verantwoordelijkheid, zegt Oostra. ‘Aan het begin van een onderzoek maken we duidelijk wat de impact van publicatie kan zijn en na afloop bespreken we ook de reacties met een bron.’
Anne-Marie Wintels was terminaal ziek toen het onderzoek begon. Ze overleed drie maanden na publicatie. ’Uiteindelijk hebben onze journalisten op verzoek van haar familie gesproken op haar uitvaart. Dat is niet gebruikelijk voor ons, maar in dit geval paste het omdat ze zo intensief met elkaar hadden opgetrokken en er een band was ontstaan.’
In zijn redactioneel op de dag van publicatie schreef Oostra: ‘Hoewel ik ervan overtuigd ben dat dit artikel heftige emoties oproept, denk ik dat wij met het publiceren ervan een belangrijk maatschappelijk doel dienen. Wij geven niet alleen een dappere vrouw het podium dat zij verdient, het is ook een signaal aan alle lotgenoten van Anne-Marie: het lag niet aan jou, jij bent niet de enige die al decennia de gevolgen draagt van wat jou als kind is aangedaan.’
Programma Ruimte voor Onderzoeksjournalistiek
Enthousiast geworden na het lezen van dit artikel? Ga zelf aan de slag met onderzoeksjournalistiek bij het subsidieprogramma ‘Ruimte voor onderzoeksjournalistiek’. Het is tot en met 25 oktober mogelijk om een aanvraag te doen.