Waarom beginnen met onderzoeksjournalistiek? Deel 2: je wordt er slim van
Nieuws | OnderzoeksjournalistiekIn een korte serie legt coördinator journalistieke verdieping Steffan Konings uit wat je er als nieuwsorganisatie aan hebt om te beginnen met onderzoeksjournalistiek. Vandaag het tweede deel, over wat je als redactie léért van onderzoek doen. Vooral als je dedicated onderzoeksjournalisten laat samenwerken met andere redacteuren.
Als nieuwsverslaggevers een deel van hun tijd aan onderzoek besteden, doen ze vaardigheden op die ze vaker kunnen inzetten. Niet alleen voor onderzoeksverhalen, maar ook voor ‘gewone’ nieuwsberichten en artikelen. Door er als hoofdredacteur voor te kiezen om onderzoeksjournalistiek te bedrijven, maak je je hele redactie dus slimmer.
Exclusieve club
Er zijn verschillende manieren om een onderzoeksredactie vorm te geven. Je kunt kiezen voor een exclusieve club. Een vast team dat zich volledig op journalistiek onderzoek kan storten. Dat heeft voor-, maar zeker ook nadelen. Het voordeel: de bezetting staat minder onder druk bij grote nieuwsgebeurtenissen. De club heeft de tijd en ruimte om langdurig in dossiers te duiken en kan zich uitgebreid specialiseren in vaardigheden en specialiteiten als OSINT (Open Source Intelligence, red.) en interviewen. Deze redactie kan langlopende, complexe, unieke en prijswinnende verhalen maken.
Het nadeel: je hebt een vrij grote organisatie en portemonnee nodig. Daardoor is een exclusieve onderzoeksredactie vooral een optie voor de grotere nieuwsmedia. En zo’n ‘elitegroepje’ kan leiden tot gefronste wenkbrauwen bij de dagverslaggeving. Wat doen ze eigenlijk, daar in dat hok? Waarom gelden voor hen andere regels? Een ander risico is dat alle kennis en ervaring die wordt opgedaan, binnen de muren van de onderzoeksredactie blijft.
Hybride model
Je kunt het ook anders doen en kiezen voor een hybride model. Je onderzoeksredactie bevat dan een aantal vaste mensen, die je koppelt aan collega’s van de hele redactie. Het team werkt in wisselende samenstellingen aan onderzoeksverhalen.
Het nadeel hiervan is dat het lastig is om mensen uit hun reguliere werk te trekken. De actualiteit heeft voorrang en de bezetting en productie van de onderzoeksgroep staan hierdoor onder druk. Je moet duidelijke afspraken maken met chefs, en freelancers inhuren ter vervanging van de redacteuren die aan een onderzoek gaan werken. En dan komt misschien nog wel het lastigste: journalisten ervan overtuigen dat het oké is om hun reguliere werk even te laten liggen. Zij maken zich zorgen om hun lopende verhalen, hun bronnen en netwerk: blijven die wel, kunnen ze een verhaal echt overdragen aan collega’s?
Maar wanneer je erin slaagt journalisten te overtuigen en het goed organiseert, kan deze onderzoeksredactie een hoop opleveren. Een grote groep journalisten komt in aanraking met onderzoeksjournalistiek. En het is mogelijk voor elk type en formaat organisatie.
Leren graven
En dan, je hebt een hybride onderzoeksredactie opgericht – hoe wordt de redactie daar dan slimmer van? Dat werkt twee kanten op. Journalisten die onderzoek doen werken samen met collega’s met uiteenlopende dossierkennis, leeftijden en ervaring. Ze leren op andere manieren data en bronmateriaal te verzamelen en worden gedwongen na te denken over de vorm waarin een verhaal verteld wordt. Dat is kennis die bij onderzoeksjournalisten vaak ontbreekt.
De rest van de redactie, op zijn beurt, doet ervaring op met journalistiek graafwerk. Journalisten leren te factchecken, leren om te gaan met weerstand en soms even op hun handen te zitten. Ze leren kritischer te zijn en meer informatie en bronnen te gebruiken om een verhaal mee te staven. Ze leren een relatie op te bouwen met bronnen en complexe verhalen helder op te schrijven.
We wilden dat elke deelredactie de expertise zou hebben en onderzoek zou gaan doen. Geen exclusief clubje
Cees van der Laan, voormalig hoofdredacteur Trouw
Vanuit het oogpunt van kennisoverdracht is er dus veel te zeggen voor een hybride onderzoeksredactie. Tien jaar geleden wilde dagblad Trouw het journalistieke onderzoek binnen de redactie georganiseerder aanpakken. Cees van der Laan, toen net aangetreden als hoofdredacteur: ‘We deden altijd al aan onderzoeksjournalistiek, maar ad hoc, het was een kwestie van individuele belangstelling. Toen kregen we de vraag of we mee wilden doen aan de Panama Papers (een van de eerste grote cross border onderzoeken, waarbij tal van media uit allerlei landen samen spitwerk verrichtten, red.). Dat zou flink geld gaan kosten, en we hadden er de kennis nog niet voor, maar we hebben toen besloten het toch gewoon te gaan doen, vanuit het idee dat we er enorm veel van zouden leren.’
De Panama Papers leverden mooie verhalen op en Trouw won er prijzen mee. Journalisten inspireerden elkaar. Vervolgens was de vraag: hoe nu verder? Moest er een aparte onderzoeksredactie komen? ‘Maar dat wilden we niet. We wilden geen exclusief clubje. Geen ongelijke verhoudingen. Dat past ook niet bij de aard van onze krant en het formaat van onze redactie. Bovendien loop je bij een vaste groep het risico dat onderwerpen wat te geconstrueerd worden en dat andere deelredacties achterover gaan leunen en denken: onderzoek, dat doen zij wel. Wij wilden juist dat elke deelredactie de expertise zou hebben en onderzoek zou gaan doen.’
Cruciale coördinator
De oplossing werd gevonden in een ervaren coördinator en wisselende redacteuren die tijdelijk onderzoek deden. Wanneer iemand een onderwerp tegenkomt dat hij of zij tot op de bodem wil uitzoeken, kan deze redacteur door een freelancer worden vervangen. ‘Door aan onderzoeken te werken, doen journalisten handigheid op met data, met tools, met de WOO, en leren ze goede vragen te stellen. Ze bouwen een groter netwerk van experts op en gebruiken andere bronnen. Dat is goed voor de hele krant.’
‘De rol van coördinator is cruciaal,’ zegt Van der Laan. ‘Journalisten moeten voor onderzoek heel veel informatie verzamelen en ordenen en er gaat een nieuwe wereld voor ze open. Daar hebben ze iemand bij nodig die hen adviseert en begeleidt. Elke week hebben we een vast moment voor reflectie onder leiding van de coördinator.’
Hij concludeert: ‘Onderzoeksjournalistiek kan zwaar en ingewikkeld zijn. Daarom denk ik dat het goed werkt dat we geen vaste onderzoeksjournalisten hebben en dat mensen na een poos weer indraaien als redacteur van een deelredactie. Die vorm kan ook voor kleinere media werken. Als je maar journalisten hebt die onderzoek willen doen, een coördinator die het begeleidt en een hoofdredacteur die hen hierin steunt.’
Programma Ruimte voor Onderzoeksjournalistiek
Enthousiast geworden na het lezen van dit artikel? Ga zelf aan de slag met onderzoeksjournalistiek bij het subsidieprogramma ‘Ruimte voor onderzoeksjournalistiek’. Het is tot en met 25 oktober mogelijk om een aanvraag te doen.