Tips van de NOS om het nieuws begrijpelijker en aansprekender te maken

Nieuws | Journalistiek en maatschappij

Wie laaggeletterd is, kan het ‘gewone’ journaal vaak niet goed genoeg volgen. De taal die daar gebruikt wordt, is te complex. Daarom begon de NOS een journaal dat is aangepast op de behoeften van laaggeletterden: Nieuws van de Week. Het taalniveau is aangepast, maar het niveau van de inhoud niet. Ook een laaggeletterde volwassene wil namelijk graag mee kunnen praten op een verjaardag. NOS Lab-projectleider José de Vries en taaldocent Romana Fronczek delen vier tips waarmee je nieuws begrijpelijker en aansprekender kunt maken.

Het vinden van een baan, het regelen van je bankzaken en het begrijpen van communicatie van de overheid. Voor bijna twee miljoen Nederlanders van 16 jaar of ouder is dat lastig vanwege laaggeletterdheid. Ze hebben zoveel moeite met lezen en schrijven dat ook het volgen van het nieuws moeilijk lukt. 

Stichting Lezen en Schrijven en de NOS onderzochten anderhalf jaar lang hoe de journalistiek die groep toch kan bereiken. Op basis daarvan ontwikkelde de NOS Nieuws van de week, een journaal speciaal aangepast op het niveau van laaggeletterden. Sinds november 2021 verschijnt er elke week een uitzending van het programma op YouTube.

José de Vries is als NOS Lab-projectleider betrokken bij de ontwikkeling van het programma. Romana Fronczek van Stichting Lezen en Schrijven is taaldocent en deed met drie van haar NT1-klassen mee met het testen van het programmaformat. Welke lessen kunnen journalisten die hun nieuws toegankelijker willen maken voor laaggeletterden volgens De Vries en Fronczek leren van Nieuws van de Week?

Informatie moet even kunnen landen

“Aanvankelijk gebruikten we met Nieuws van de Week een studio die drie schermen heeft”, zegt De Vries. “Toen lieten we aan het begin van de uitzending de drie onderwerpen die we gingen bespreken op die schermen zien. Voor veel cursisten bleek dat te veel informatie om tegelijk te verwerken. Dus nu doen we dat pas aan het eind van de uitzending.”

Als je moeite hebt met lezen gaat het filteren van informatie langzamer, legt De Vries uit. Het tempo ligt bij Nieuws van de Week dan ook lager dan bij andere programma’s, zowel wat betreft spraak als beeld. En er zit veel herhaling in de spreektekst van de presentator, zodat de inhoud goed te volgen blijft. 

Behalve het juiste tempo is ook het geven van context belangrijk, zegt Fronczek. “Omdat veel laaggeletterden vroeger moeilijk meekwamen op school en ook het nieuws niet meer volgen, is sommige informatie die voor anderen vanzelfsprekend is, dat voor deze doelgroep niet. Zoals de ligging van landen.” 

Een goed voorbeeld van de manier waarop Nieuws van de Week dat oplost, was een item over Afghanistan. “De presentator liet eerst met een pijltje de afstand tussen Almere en Amsterdam zien. Dat is een half uur rijden, zei hij erbij. Daarna verscheen er langzaam een pijltje van Amsterdam naar Afghanistan in beeld. Zo kreeg de kijker direct een voorstelling van waar dat land ligt en hoe ver weg het is.”

Check al je teksten op ishetb1.nl (en andere taaltips)

…want op die website kun je checken of de woorden die je in je tekst gebruikt wel begrijpelijk genoeg zijn. B1 staat gelijk aan ‘eenvoudig Nederlands’ en is het niveau dat nodig is om goed mee te kunnen komen in de samenleving. De redactie van Nieuws van de Week probeert op dit niveau te schrijven, ook al zitten laaggeletterden er eigenlijk onder.

“Het is al een hele klus om een nieuwsitem op dit taalniveau te schrijven”, zegt De Vries. “En door de combinatie met beeld en ondertiteling wordt de tekst begrijpelijk genoeg voor de laaggeletterde kijker.” 

Als de presentator niet om een moeilijk woord heen kan (zoals ‘inflatie’), neemt hij of zij de tijd om de betekenis ervan uit te leggen.

Verder gelden er nog een aantal algemene taaltips. Geen afkortingen of Engelse woorden gebruiken. En korte, duidelijke zinnen maken, met wat vaker dan normaal een punt tussendoor. De Vries: “Anders weef je er gauw bijzinnen in, waardoor de centrale boodschap verloren kan gaan.”

Video werkt goed

In een eerder stadium van de ontwikkeling was Nieuws van de Week geen journaal, maar een app waarin laaggeletterden het nieuws van vijf artikelen in bulletpoints voorgeschoteld kregen. “Dat sloeg niet aan”, zegt De Vries. “Een groot deel van de doelgroep weet niet wat de mogelijkheden van de telefoon zijn of kan er niet goed mee omgaan. En een van de proefpersonen zei: ik ben op deze manier de hele avond bezig met lezen.” 

Toen ging het team achter Nieuws van de Week aan de slag met videovormen, zoals explainerfilmpjes, reportage-achtige video’s en een journaal. Dat laatste bleek een gouden greep. 

“Bij een journaal komen beeld, spraak en ondertiteling samen”, zegt De Vries. Op die manier zijn er drie kanalen waardoor informatie binnen kan komen. Als iemand moeite heeft met de tekst, kunnen de ondertiteling en de beelden hem helpen het verhaal van de presentator te doorgronden.

De combinatie van beeld, spraak en ondertiteling betekent ook dat je als journalist soms woorden begrijpelijk kunt maken die eigenlijk van een te hoog niveau zijn. “Je kunt het woord coronavaccinaties wel gebruiken, maar laat dan ook een plaatje van een coronavaccin zien”, zegt Fronczek.

Ook interessant: de televisie is onder laaggeletterden een veel populairder medium dan onder niet-laaggeletterden, blijkt uit een (weliswaar niet representatief) onderzoek van de NOS en Stichting Lezen en Schrijven. Voor nieuwsapps en -websites geldt het omgekeerde: die zijn juist minder populair bij deze groep. Ook om die reden is video dus een geschikte vorm om laaggeletterden mee te bereiken.

Laaggeletterdheid is iets anders dan een lage intelligentie

Laaggeletterden hebben een gemiddeld intelligentieniveau, zegt De Vries. “Dat ze niet goed kunnen lezen en schrijven ligt vaak aan externe factoren. Vaak konden ze, vanwege hun taalniveau of te weinig begeleiding, niet goed meekomen op school. Daarna gingen ze een praktisch beroep in en daar presteren ze prima. Maar zo oefen je je niet in taal.”

Een andere misvatting is dat journalistiek voor kinderen geschikt zou zijn voor volwassen laaggeletterden, ook al sluit het taalniveau vaak wel goed aan. Voor veel laaggeletterden is bijvoorbeeld het Jeugdjournaal goed te begrijpen, zegt De Vries. “Maar daar voelen ze zich niet serieus genomen.”

Logisch, zegt Fronczek. Want voor veel laaggeletterden is de voornaamste reden om het nieuws te willen volgen juist dat ze mee willen kunnen praten met het gesprek van de dag. “Deze mensen zitten soms op een verjaardag stil in een hoekje.” Vandaar dat het journaal complexe onderwerpen bewust niet uit de weg gaat. 

Foto door Mariët Medendorp

Nieuwsbrief

Ontvang ons laatste nieuws
Hidden
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.