Mika Baumeister

Hatelijke reacties op journalisten: levert die negativiteit ook iets op?

Nieuws | Wat zegt de wetenschap?

Journalisten krijgen heel wat haat te verduren, zowel offline als online. Zou het kunnen dat al die negativiteit ook weleens iets positiefs oplevert? Dat vroeg een Zuid-Koreaanse wetenschapper zich af.

‘Rioolratten’: zo doopte FvD-Kamerlid Gideon van Meijeren journalisten die hij ondermaats vindt. Afgelopen oktober labelde hij SBS-journalist Merel Ek in een video als eerste op die manier. Het was de aftrap van een serie – getiteld ‘rioolratten ontmaskerd’ – waarin Van Meijeren wekelijks een nieuwe journalist aan zou pakken. Het optreden van de politicus leidde tot veel ophef. Een tweede aflevering kwam er dan ook nooit.

Van Meijerens grove diskwalificatie van Ek staat niet op zichzelf. Journalisten werken in een steeds vijandigere omgeving, zo bleek uit een rapport van Free Press Unlimited uit februari 2022. Zowel offline als online neemt intimidatie toe. Tegelijkertijd is vaak te horen dat journalisten de impact van hun werk kunnen vergroten door een ‘merk’ te worden. Waarbij aanwezigheid op sociale media, en alle negatieve aandacht die daarbij komt kijken, onmisbaar is.

Promovendus Jane Yeahin Pyo van de Universiteit van Illinois onderzocht of journalisten in de verleiding komen om op zoek te gaan naar ophef. Zitten er naast alle nadelen ook voordelen aan de negatieve reacties die journalisten te verduren krijgen? En welke gevolgen heeft die negativiteit voor de veiligheid van journalisten en het vertrouwen in de journalistiek? Om daar achter te komen interviewde ze veertig Zuid-Koreaanse journalisten. Allemaal waren ze terecht gekomen op een beruchte Zuid-Koreaanse ranglijst genaamd ‘Top trashy journalists of the week’. Vrij vertaald: de rioolratten van de week.

Haat en liefde 

Pyo is beïnvloed door de zogeheten fan studies. Onderzoekers in deze tak van de wetenschap onderzoeken de band tussen beroemdheden en hun fans. Een felle negatieve reactie kan net zoveel aandacht opleveren als een positieve reactie. Een beroemdheid heeft dus niet alleen fans, maar ook ‘anti-fans’ nodig. Pyo: ‘De haat van anti-fans genereert de aandacht die een beroemdheid nodig heeft om te overleven.’

Volgens Pyo is dit duidelijk te zien op sociale media: ‘Digitale influencers worden succesvol door een groot aantal volgers op sociale media te krijgen en betrokkenheid uit te lokken.’ En op deze sociale media wordt geen onderscheid gemaakt tussen hatelijke of liefdevolle betrokkenheid. Aandacht is aandacht.

Journalisten die actief zijn op sociale media zitten middenin dit haat-liefde-spel. Maar, zo stipt Pyo aan, voor hen is het nog wat ingewikkelder dan voor influencers. De journalist moet namelijk ook het vertrouwen van een publiek zien te behouden. Aandacht op sociale media levert zowel positieve als negatieve reacties op. En die negatieve reacties kunnen weer anti-journalistieke tendensen aanwakkeren.

Profiteren van haat

Uit haar interviews met Zuid-Koreaanse journalisten kwamen drie verschillende manieren naar voren waarop de journalisten profiteerden van hun plek op de ‘trashy journalists’-lijst.

Om te beginnen ervoeren journalisten hun plaatsing op de lijst als bevestiging dat ze goed konden herkennen wat het publiek belangrijk vindt en waarover ze discussie konden aanwakkeren. Bovendien werd dat laatste gestimuleerd door de media waar ze werkten. Zo vertelde journalist Minjung dat politieke nieuwsberichten zonder negatieve reacties op haar redactie werden gezien als een flater.

Ten tweede merkten journalisten dat de vermelding op de lijst hun reputatie ten goede kwam. Zo kreeg journalist Yumi dankzij de aandacht van haar anti-fans er ook gewone fans bij. En journalist Heesung, die erg veel haat te verduren kreeg, werd door zes andere journalisten geprezen als een vasthoudende journalist. Tot slot kregen sommigen betere toegang tot bronnen. Jimin, die als journalist de Zuid-Koreaanse president volgt, merkte altijd al hoe zijn bronnen het vaak over de ‘trash-lijst’ hadden. Toen hij eenmaal zelf op de lijst stond werd hij vaker benaderd met breaking news.

Onveilig en ondermijnend

Maar alle geïnterviewden hadden het net zo goed over de nare kanten van alle haat. Zo zei Heesung dat hij een onverschillige houding had aangenomen tegenover zijn haters om te voorkomen dat hun reacties onder zijn huid gingen zitten. Volgens Pyo voelden overigens vooral vrouwelijke journalisten zich door alle haat onveiliger op het internet dan voorheen.

Met haar analyse wil de wetenschapper dan ook een waarschuwingssignaal afgeven. ‘Nieuwsmedia profiteren van de verhoogde zichtbaarheid en digitale publiciteit van journalisten, waardoor deze journalisten worden aangespoord zichzelf online bloot te geven,’ en dankzij deze blootstelling wordt het werk onveiliger. Bovendien, zo benadrukt ze, dragen media op deze manier indirect bij aan een anti-journalistieke houding in de maatschappij. Journalisten voeden met hun activiteit op sociale media tegelijkertijd het haat-circus, wat het vertrouwen in de journalistiek kan schaden. En, zo merkt ze op: ‘Zonder dit vertrouwen kan de journalistiek niet functioneren.’

Afbeelding: Mika Baumeister, Unsplash

Nieuwsbrief

Ontvang ons laatste nieuws
Hidden
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.